Oefenen met formuleren CSE H5

Oefenen met formuleren CSE H5 

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 27 slides, met tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Oefenen met formuleren CSE H5 

Slide 1 - Tekstslide

Het eindexamen: soorten vragen
Geschiedenis

Slide 2 - Tekstslide

Het eindexamen: soorten vragen
  • Bronvragen
  • Chronologie vragen
  • Verbanden leggen
  • Betrouwbaarheid beoordelen

  • Kennisvragen
  • Spotprenten
  • Continuïteit en verandering

Slide 3 - Tekstslide

Eerste stap: lezen!
- Lees de vraag goed en onderstreep wat wordt gevraagd

- Kijk wat wordt gevraagd en vertaal de belangrijkste begrippen. Begrijp je begrippen niet? Woordenboek!

- Bekijk hoeveel punten je kan halen, wat heb je nodig voor elke punt?

Slide 4 - Tekstslide

Bronvragen

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Maak vraag 5 in tweetallen 
Gebruik de bewijsburger!

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Verbanden leggen
Je moet een verband uit leggen tussen A en B, dat kan bestaan uit kenmerkende aspecten, gebeurtenissen, ontwikkelingen.

Beantwoord dit soort vragen als volgt: 
1. Geef een korte beschrijving van A 
2. Geef een korte beschrijving van B 
3. Leg in een concluderende zin uit wat het verband is tussen beide

Slide 17 - Tekstslide

Maak in tweetallen vraag 2 

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Kennisvragen: tips
1. Maak een tijdbalk van elk tijdvak een tijdlijn met alle belangrijke historische begrippen
2. Leer goed alle KA's uit je hoofd!
3. Maak schema's of mindmaps i.p.v. pagina's lange samenvattingen met veel tekst
4. Oefen veel met examenvragen/ test je kennis

Slide 20 - Tekstslide

Betrouwbaarheid beoordelen: hoe doe je dat?
Vuistregel: een bron is nooit "goed" of "slecht", vermijd spreektaal!

Deze vragen zijn altijd in combinatie met bronnen!
Een bron is ofwel representatief ofwel betrouwbaar. Allebei? Dan is de bron ook bruikbaar!

Betrouwbaar: Is de informatie uit de bron te vertrouwen?
Representatief: geldt de bron voor een uitzonderlijk geval of voor meer gevallen 

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Video

Maak vraag 9

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Continuïteit en verandering
Bij een continuïteitsvraag moet je beoordelen of er tussen twee gebeurtenissen/periodes sprake is van verandering of niet.

Je kan op dezelfde manier te werk gaan als bij verbanden leggen.

1. Je geeft een korte omschrijving van gebeurtenis A
2. Je geeft een korte omschrijving van gebgebeurtenis B
3. Je concludeert/vat samen waarom er wel of geen continuïteit is

Slide 25 - Tekstslide

Het eindexamen: soorten vragen
  • Bronvragen
  • Chronologie vragen
  • Verbanden leggen
  • Betrouwbaarheid beoordelen

  • Kennisvragen
  • Spotprenten
  • Continuïteit en verandering

Slide 26 - Tekstslide

Bekijk het examen van 2022 
Welke type vragen herken je? 
Schrijf achter elke vraag, wat voor type vraag het is.

Slide 27 - Tekstslide