1.3 Betrouwbaarheid van een tekst

Nederlands:
Betrouwbaarheid en bruikbaarheid van een tekst.
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Nederlands:
Betrouwbaarheid en bruikbaarheid van een tekst.

Slide 1 - Tekstslide

Lezen, Luisteren en kijken
1.3 Betrouwbaarheid van een tekst


Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel

Je weet waar je op moet letten als je wilt weten of een tekst betrouwbaar is.

Slide 3 - Tekstslide

Soms is het belangrijk om te bepalen hoe betrouwbaar en bruikbaar een tekst is, bijvoorbeeld:
-  als je de informatie wilt gebruiken om een beslissing te nemen 
- om zelf iets te schrijven of te vertellen
- wanneer je informatie wilt delen met anderen 
Is het verstandig om na te gaan of de informatie betrouwbaar is.

Slide 4 - Tekstslide

Controleer als eerste de betrouwbaarheid van de bron door jezelf de volgende vragen te stellen:
  1. Uit welke bron (boek, tijdschrift, krant, website) komt de tekst? Bijvoorbeeld: een officiële nieuwssite als NOS.nl is vaak betrouwbaarder dan een bericht dat zomaar opduikt op sociale media.
  2. Is de maker deskundig: heeft hij verstand van het onderwerp? Bijvoorbeeld: een bericht op scooterkennis.nu van een scootertechnicus is waarschijnlijk betrouwbaarder dan een bericht van lekkerragguh12 of van een onbekende.
  3. Klopt de informatie nog of kan hij verouderd zijn? Let onder andere op de datum waarom de tekst verschenen is. Bijvoorbeeld: een tekst over robots in de zorg uit 2017 is waarschijnlijk verouderd.

Slide 5 - Tekstslide

Controleer als eerste de betrouwbaarheid van de bron door jezelf de volgende vragen te stellen:
Deze vragen kun je meestal niet zomaar beantwoorden. Daarvoor moet je op internet verder zoeken. 

Als je veel vragen met ‘nee’ moet beantwoorden of vaak geen antwoord kunt vinden, kun je je afvragen of deze tekst voor jou waardevolle informatie bevat.

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Betrouwbaarheid van een tekst
  • Niet alles wat je leest is betrouwbaar.
  • Een betrouwbare informatie heeft controleerbare feiten

Je kijkt naar:
  1. Informatiebron 
  2. Schrijver (betrouwbaar/ expert?)
  3.  Doel (informeren of overtuigen/overhalen?)
  4. Datum (is de tekst actueel?)

Slide 8 - Tekstslide

Voorbeeld
Op internet staan twee teksten over de bijwerkingen van het slaapmiddel temazepam.



1.  De eerste tekst stond op de site: www.apotheek.nl.
2.  De tweede tekst was van Sunny op een internetforum.


-> als de site www.apotheek.nl van officiële apothekers is, is de informatie waarschijnlijk betrouwbaarder dan de informatie in een tekst van iemand op een internetforum.


Slide 9 - Tekstslide

Niet alle informatie is dus even betrouwbaar. 
Let bij twijfel op:

-> de informatiebron: uit welke bron komt de tekst? Is de bron serieus? Heeft de bron belang bij het mooier of anders voorstellen van zaken?

-> de schrijver: heeft de schrijver verstand van het onderwerp?
-> het doel: wat is het doel van de tekst? Wil de schrijver je ergens van overtuigen?
-> de datum: klopt de informatie nog of is de tekst verouderd?



Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag
  • Lezen, Luisteren en Kijken 1.3
  • Woordenschat 1.1, 1.2 en 1.3




Slide 14 - Tekstslide

Een tekst is altijd betrouwbaar als deze geschreven is door iemand die er verstand van heeft?
A
waar
B
niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Als het doel van de tekst is om je te overtuigen is de tekst niet betrouwbaar
A
waar
B
niet waar

Slide 16 - Quizvraag

Social media zijn betrouwbare bronnen
A
waar
B
niet waar

Slide 17 - Quizvraag

Om te bepalen of een tekst betrouwbaar is, kijk ik naar:
A
De schrijver, het publiek en de datum van de tekst
B
De bron, het publiek en het doel van de tekst
C
De bron, de schrijver en het doel van de tekst
D
Het publiek, het doel en de datum van de tekst.

Slide 18 - Quizvraag

tot de volgende les

Slide 19 - Tekstslide