- In deze fase heb je de meeste invloed als moeder en als verzorger.
Slide 9 - Tekstslide
Wat is de inprentingsfase?
A
De periode waarin dieren leren wat goed en fout is
B
De beginperiode waarin je een dier veel kunt leren
C
De periode waarin een dier veel groeit
D
De periode waarbij het jong zijn moeder verlaat
Slide 10 - Quizvraag
3.1
Wat zijn productiedieren?
Slide 11 - Woordweb
Productiedieren
Afmesten: het vee voorafgaand aan de slacht met behulp van voeding extra gewicht krijgt en goed bevleesd raakt met de juiste vetaanzet;
Lactatieperiode: de tijd dat een dier melk geeft.
3.1
Slide 12 - Tekstslide
Wat is de lactatieperiode?
A
De periode dat een dier geen melk geeft
B
De periode dat een dier melk geeft
Slide 13 - Quizvraag
Verschillende fasen in het leven - Oudersdom
Ouderdom
3.1
Slide 14 - Tekstslide
Waar of niet waar: 1. Een nestvlieder blijft geruime tijd in het nest; 2. De inprentingfase is bedoeld om in een korte tijd veel te leren; 3. Sommige dieren leveren maar één keer een product; 4. Doordat bij een ouder dier de tanden slijten, kunnen ze minder goed eten.
Slide 15 - Open vraag
Gezonde dieren - Hoofdstuk 3 Levensfasen van productiedieren
De behoeften van een dier
Slide 16 - Tekstslide
De behoeften van een dier
Onderhoudsvoer;
Productie (prestatie) voer;
- Voer met extra water;
- Voer met extra energie;
- Voer met extra eiwitten.
3.2
- Energierijke voedingsstoffen voor organen en beweging;
- Eiwit voor opbouw en onderhoud van het lichaam.
(groei van spieren, botten, huid, haren en herstel)
Extra water
- Voor het zuiveren van het lichaam en afvoeren van afvalstoffen;
- Voor warmte regeling;
- Voor de bloeibaarheid van het bloed;
- Voor transport van voedingsstoffen;
- Voor het stofwisselingsproces;
- Als bescherming tegen schokken;
- Als glijmiddel;
- Voor melkkoeien
- Voor zogende dieren
Extra engerie
- Voor dieren die stopsport bedrijven;
- Voor dieren die zwaar werk verrichten.
Extra eiwitten
- Voor opgroeiende dieren;
- Voor drachtige dieren.
Slide 17 - Tekstslide
Onderhoudsvoer is belangrijk voor:
A
De werking van organen en beweging. Ook voor de opbouw en het onderhoud van het lichaam.
B
De werking van organen en om op hoog niveau te kunnen presteren.
Slide 18 - Quizvraag
Staltemperatuur
De staltemperatuur is belangrijk voor de voeropname:
3.2
- Bij een te lage temperatuur
eet het dier meer omdat het
zich warm moet houden
(bewaring van warmte);
- Bij een te hoge temperatuur
eet het dier minder omdat het
warmte kwijt wilt (afvoeren van
warmte).
Slide 19 - Tekstslide
Waar of niet waar: Elk dier heeft dezelfde voedingsbehoefte?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 20 - Quizvraag
Waar of niet waar: Onderhoudsvoer wordt gebruikt om melk te geven?
A
Waar
B
Niet waar
Slide 21 - Quizvraag
Gezonde dieren - Hoofdstuk 3 Levensfasen van productiedieren