Les 3 - traumatologie en onderzoeken. TEST JE KENNIS
Les 3 - VTGZ - traumatologie en onderzoeken die gedaan worden.
Traumatologie
Les 3 - VTZH med -
Traumatologie en onderzoeken die gedaan worden.
Test jezelf.
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3
In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 30 min
Onderdelen in deze les
Les 3 - VTGZ - traumatologie en onderzoeken die gedaan worden.
Traumatologie
Les 3 - VTZH med -
Traumatologie en onderzoeken die gedaan worden.
Test jezelf.
Slide 1 - Tekstslide
Klinisch chemisch onderzoek
microbiologisch onderzoek
histopathologisch onderzoek
Welk lichaamsmateriaal hoort bij welk soort onderzoek?
Past bij: Zorgpad Algemeen ziekenhuis, Hoofdstuk 4: begeleiden bij onderzoek en behandeling
Urine en feces
Urine en feces
bloed
bloed
bloed
wondvocht
wondvocht
chirurgisch verwijderde knobbel uit het lichaam
24 uurs urine
een huidbiopt
een uitgesneden tumor
Slide 2 - Sleepvraag
Zorgvrager is op het hoofd gevallen. Symptomen daarna zijn: misselijkheid, hoofdpijn, 30 minuten verminderd bewustzijn, amnesie, aanhoudend wazig zien en vermoeidheid. Welke van de onderstaande is het zeker NIET?
A
schedelfractuur dak
B
commotio cerebri
C
contusio cerebri
D
schedelbasisfractuur
Slide 3 - Quizvraag
Endoscopie. Welke functie is NIET mogelijk via een endoscoop?
A
een 'hapje' nemen in de vorm van biopsie of afknippen van een uitstulping
B
echografie vanuit de binnenkant van het orgaan.
C
röntgenfoto maken van binnenuit.
D
spoelen, waarbij vocht en cellen verzameld worden.
Slide 4 - Quizvraag
Zorgvrager is op het hoofd gevallen. Symptomen zijn: misselijkheid, hoofdpijn, bewustzijnsverlies, heldervocht uit de oren en een brilhematoom Voor welk van de onderstaande ziektebeelden heb je hier een alarmsymptoom?
A
schedeldak fractuur
B
commotio cerebri
C
contusio cerebri
D
schedelbasis fractuur
Slide 5 - Quizvraag
Zorgvrager is een paar weken geleden op het hoofd gevallen. Zij komt nu met klachten van hoofdpijn, vermoeidheid, soms verward, en misselijkheidsklachten.
Stelling: Dit kan past het beste bij een epiduraal hematoom.
A
waar
B
niet waar
Slide 6 - Quizvraag
Klinisch chemisch onderzoek
microbiologisch onderzoek
histopathologisch onderzoek
Welk resultaat hoort bij welk soort onderzoek?
Past bij: Zorgpad Algemeen ziekenhuis, Hoofdstuk 4: begeleiden bij onderzoek en behandeling
zoutgehalten, zoals natrium, kalium, magnesium
aanwezigheid van een bacterie, schimmel/gist, parasiet of virus
aanwezigheid van kankercellen
afwijkende functie van lichaamscellen vaststellen
onderzoek naar hoogte van cholesterol
onderzoek naar werking schildklier
Slide 7 - Sleepvraag
Zorgvrager heeft een ongeluk gehad op straat en is op rug en hoofd terecht gekomen. Je gaat naar de zorgvrager toe en wilt controleren op wervelletsel. Welke van de onderstaande handelingen hoort daar NIET bij je EERSTE onderzoek?
A
Je laat de zorgvrager testen of hij/zij het hoofd alle kanten op kan bewegen.
B
je vraag naar pijnklachten in nek of rug
C
je kijkt of zorgvrager vingers en tenen kan bewegen
D
je bekijkt de EMV score
Slide 8 - Quizvraag
Een zorgvrager gaat naar het ziekenhuis voor een X-abdomen. wat voor onderzoek wordt hier gedaan?
A
Een echografie onderzoek van de buik
B
Een CT scan van de longen
C
Een Röntgenfoto van de buik.
D
Een Röntgenfoto van het been
Slide 9 - Quizvraag
Zorgvrager heeft bij een thoraxtrauma gebroken ribben opgelopen.
Welk van de onderstaande uitspraken hierover klopt NIET?
A
De pijnklachten kunnen 6-8 weken aanhouden
B
de pijn zal met name optreden bij rustig zitten
C
Een mogelijke complicatie
is een pneumothorax
D
Een mogelijke complicatie is een pneumonie
Slide 10 - Quizvraag
Bij welk endoscopisch onderzoek van de darm moet de zorgvrager 2 dagen van te voren beginnen met laxeren
A
colonoscopie
B
proctoscopie
C
rectosigmoidoscopie
D
gastroscopie
Slide 11 - Quizvraag
Zorgvrager heeft bij een thoraxtrauma een hartcontusie opgelopen.
Hieronder staan complicaties genoemd. Welke is het MINSTE te verwachten?
A
acuut hartfalen
B
hartritmestoornis
C
harttamponade
D
hartinfarct
Slide 12 - Quizvraag
Een zorgvrager heeft een auto ongeluk gehad. Zij heeft nu koude voeten, daar is ook geen hartslag voelbaar in de enkels, de bloeddruk daalt en er begint zich een fors haematoom te vormen op de onderrug.
Welke van de onderstaande is de meest waarschijnlijke diagnose?
A
miltruptuur
B
hartcontusie
C
leverruptuur
D
aortaruptuur
Slide 13 - Quizvraag
bloed om mineralen, zouten, cellen, eiwitten, hormonen, zuurgraad e.d. te bekijken.
bloed om de bloedglucosewaarde te bepalen
bloed om zuurstof, CO2 en verzuring te bepalen
Over bloed en bloedonderzoek
arterie punctie
vingerprik
venapunctie
Slide 14 - Sleepvraag
Bij welk ziektebeeld/aandoening zit er bloed tussen de thoraxwand en het longvlies
A
pneumothorax
B
longcontusie
C
longontsteking
D
haematothorax.
Slide 15 - Quizvraag
Een zorgvrager heeft een auto ongeluk gehad. In het ziekenhuis aangekomen blijkt: dat zij instabiel loopt, pijn het onderrug en genitale gebied, en zij plast bloed
Welke van de onderstaande is de meest waarschijnlijke diagnose?
A
darmperforatie
B
femurfractuur
C
bekkenfractuur
D
blaasruptuur
Slide 16 - Quizvraag
Met dit onderzoek meet je de elektrische geleiding in zenuwen naar de spieren. Zo kun je afwijkingen aan die specifieke zenuw opsporen.
A
EEG
B
ECG
C
EMG
D
EVG
Slide 17 - Quizvraag
Bij dit trauma is er sprake van een kracht van buitenaf op het lichaams deel. Hierbij worden banden, spieren en kapsels uitgerekt. Vaak is dit rondom een gewricht.
Dit is de beschrijving van: ....
A
luxatie
B
fractuur
C
contusie
D
distorsie
Slide 18 - Quizvraag
Wat is het verschil tussen een bacteriemie en een sepsis?
Slide 19 - Open vraag
Zorgvrager is 'door haar enkel gegaan'.. en heeft nu de volgende klachten: pijn, roodheid, warmte, zwelling en functieverlies.
Welk van onderstaande ziektebeelden past NIET/ MINSTE bij de onderstaande diagnoses?
A
luxatie enkel
B
fractuur enkel
C
contusie enkel
D
distorsie enkel
Slide 20 - Quizvraag
Welk onderzoek wordt gebruikt om een collumfractuur vast te stellen
A
CT scan
B
Rontgenfoto
C
MRI scan
D
PET scan
Slide 21 - Quizvraag
Als laatste: Noem zoveel mogelijk, algemene postoperatieve complicaties waar je op moet letten als verpleegkundige