8.3

Communicatie
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Communicatie

Slide 1 - Tekstslide

Communicatie

iedere vorm van informatie doorgeven  tussen mensen of dieren

Als je met mensen samenleeft is het belangrijk dat je met elkaar comminuceert. Ook dieren die in groepen leven wisselen voordurend signalen met elkaar uit. 

Slide 2 - Tekstslide

verbale en non-verbale communicatie
Verbale communicatie : je  uiten met woorden en/of geluiden. gesproken en geschreven.




Non verbale communicatie: communiceren zonder woorden. zoals gebaren/ oogcontact


Slide 3 - Tekstslide


Verbale communicatie: dat is communiceren met woorden, via spraak, papier, chat.

Non verbale communicatie: dit is communiceren zonder woorden. Via je lichaamstaal geef je aan wat je denkt of wil. 
                                                     

Slide 4 - Tekstslide

Lichaamstaal

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video


A
geschrokken
B
bang
C
blij
D
boos

Slide 7 - Quizvraag


A
Moe
B
boos
C
hoofdpijn
D
nadenken

Slide 8 - Quizvraag


A
Boos
B
Blij
C
Hoofdpijn
D
verward

Slide 9 - Quizvraag

Communicatiestoornissen

Als de informatie niet goed overkomt dan is er een communicatiestoornis.
Dit kan ontstaan door niet goed luisteren maar ook door onduidelijk zijn. 

Communicatiestoornissen kunnen ook ontstaan 
door verschillende culturen.
Denk aan  het verschil van eetgewoonten, taal of handgebaren die iets anders betekenen in een andere cultuur. 

Slide 10 - Tekstslide

Communicatiestoornissen
Oorzaken:
  • niet goed naar elkaar luisteren
  • onduidelijk praten
  • een andere taal spreken
  • verschillen in culturen ( iemand wel of niet aankijken)
  • verschillen in lichaamstaal tussen mannen en vrouwen

Slide 11 - Tekstslide

Vooroordelen
een mening die niet op feiten is gebaseerd
kan positief zijn maar vaak negatief

Slide 12 - Tekstslide

Vooroordelen 
Bij communiceren spelen verwachtingen ook een rol. 
Soms kan het zijn dat je een vooroordeel hebt: Je hebt een mening over iets of iemand wat niet gebasseerd is op feiten.


Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Uitstraling 
Hoe iemand eruit ziet, heeft ook met non verbale communicatie te maken.
- Mensen vormen hun mening 
   aan de hand van wat ze zien.

Voorbeeldje > Die dikke zal wel te veel en ongezond eten.... 
                                            .... maar het blijkt door een ziekte te komen.

Slide 15 - Tekstslide

Uitstraling
De indruk die je op anderen maakt door
  • gezichtsuitdrukking
  • je lichaamshouding
  • je kleding
  • je verzorging
  • karaktereigenschappen
  • je eerste indruk is belangrijk!

Slide 16 - Tekstslide

KB= 8.3- opdr 1 tm 10 (8 overslaan)
BB=8.3-opdr 1 tm 9 (3 overslaan)

Slide 17 - Tekstslide