NED Spreken 3F: Aantrekkelijk spreken, opbouw en beeldgebruik

Nederlands Spreken
Aantrekkelijk spreken
Duidelijke opbouw
Juist beeldgebruik
Instructie 3F

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Nederlands Spreken
Aantrekkelijk spreken
Duidelijke opbouw
Juist beeldgebruik
Instructie 3F

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Opbouw presentatie
Logisch
Duidelijk
Anderen moeten begrijpen wat je verhaal is.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Je kunt het beste hele zinnen in het spreekschema zetten.
A
Klopt
B
Klopt niet

Slide 9 - Quizvraag

Wat gebruik jij vaak bij een presentatie als hulpmiddel?
A
Powerpoint
B
Poster
C
Voorwerpen
D
Iets anders

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Belangrijk:
  • Less = more (hoe minder hoe beter).
  • Kies voor een rustige lay-out/zelfde kleurgebruik/lettertype.
  • Alleen plaatjes als het nut heeft.
  • Steekwoorden i.p.v. zinnen.
  • Contact maken/reageren met het publiek (interactie).
  • Bewust van je eigen non-verbale houding + mimiek.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

6

Slide 16 - Video

01:14
Oefenen van je presentatie moet altijd met publiek
A
juist
B
onjuist

Slide 17 - Quizvraag

01:45
Een flesje water meenemen bij je presentatie mag tijdens het examen spreken.
A
juist
B
onjuist

Slide 18 - Quizvraag

02:02
Rondlopen tijdens ons examen spreken is een goed idee.
A
juist
B
onjuist

Slide 19 - Quizvraag

02:51
Relaxte houding, schouders niet naar achteren zijn:
A
verbaal
B
non-verbaal

Slide 20 - Quizvraag

03:27
Handen in je broekzak is perfect met presenteren
A
juist
B
onjuist

Slide 21 - Quizvraag

03:49
Lager en rustiger praten is beter dan snel en hoog praten.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 22 - Quizvraag