Let op je lichaamshouding en intonatie. Wees open, levendig, maak oogcontact, gebruik namen als je mensen aanspreekt, zet humor in en beweeg door de ruimte als je voor een groep staat. Betrek cliënten en naastbetrokkenen door vragen te stellen, waar je niet altijd direct antwoord op wil, maar die hen aan het denken zet en gebruik bij groepen bijvoorbeeld opdrachten of stellingen om zo het groepsgevoel te vergroten.