VPRO periode 2 - week 2 H8

VPRO periode 2 - week 2
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
VPROMBOStudiejaar 3

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

VPRO periode 2 - week 2

Slide 1 - Tekstslide

Lesinhoud les 1
Terugblik persoonlijkheidsstoornissen
Instructie H8 'introductie in de GGZ'
Zelfstandig werken (digitale leeromgeving + VPRE 'in je kracht')

Slide 2 - Tekstslide

Studiewijzer
Aangepast P2 en P3

Slide 3 - Tekstslide

Wat weet je nog over de les persoonlijkheidsstoornissen?

Slide 4 - Woordweb

Welke psychische of psychiatrische problematiek ben jij vorig jaar of dit jaar tegenkomen in de BPV?

Slide 5 - Open vraag

Psychiatrische stoornissen
Een cliënt leidt aan een psychiatrische stoornis wanneer de psychologische functies, zoals denken, voelen, of waarnemen, afwijkend functioneren. Belangrijkste symptoom is afwijkend gedrag.

Vastellen psychiatrische stoornis: 
1. Formele zorg (huisarts, psycholoog, gedragskundige, psychiater).
2. Informele zorg: vrienden, familie, mantelzorger en cliënt spelen rol in het stellen van de diagnosen. 

Gestoord gedrag: gedrag wijkt af van de sociale norm. 2. Het gedrag heeft ongemak, lijden of bezorgdheid tot gevolg bij de persoon zelf en/of zijn omgeving. 3. De persoon kan zich niet anders gedragen dan hij doet. 

DSM-5: Wereldwijd gebruikt classificatiesysteem voor het diagnosticeren van psychiatrische stoornissen.

Slide 6 - Tekstslide

Gestoord gedrag
1. Gedrag wijkt af van de sociale norm. 
2. Het gedrag heeft ongemak, lijden of bezorgdheid tot gevolg bij de persoon zelf en/of zijn omgeving. 
3. De persoon kan zich niet anders gedragen dan hij doet. 

DSM-5: Wereldwijd gebruikt classificatiesysteem voor het diagnosticeren van psychiatrische stoornissen. DSM 5 omschrijft 'gestoord gedrag' volgens een aantal criteria.

Slide 7 - Tekstslide

Verklaringen gestoord gedrag
  • De biologische visie: psychiatrische stoornissen zijn symptomen van een ‘niet goed werkend lichaam.’
  • De psychologische visie: psychiatrische stoornissen zijn symptomen van een verstoring in de persoonlijke ontwikkeling.
  • De sociale visie: psychiatrische stoornissen zijn symptomen van een ongunstige omgeving.
  • De antroposofische visie: psychiatrische stoornissen zijn een gevolg van een (gedeeltelijke) ontkoppeling van het ik, het astraal lichaam, het etherisch lichaam en het fysieke lichaam.





Slide 8 - Tekstslide

Organisatie van de GGZ
De geestelijke gezondheidszorg (ggz) richt zich op:

  • het voorkomen van psychische aandoeningen;
  • het behandelen en genezen van psychische aandoeningen;
  • het laten deelnemen van mensen met een psychische aandoening aan de samenleving;
  • het bieden van hulp aan mensen die ernstig verward/verslaafd zijn en die uit zichzelf geen hulp zoeken.

Basis-GGZ
Gespecialiseerde GGZ



Slide 9 - Tekstslide

Beschermd wonen
E-mental health
Bemoeizorg
Openbare GGZ (OGGZ)
Klinische opname niet nodig, maar ambulante begeleiding te weinig. Cliënten die nog niet geheel zelfstandig kunnen functioneren binnen de samenleving. 
Elektronische ondersteuning (blended-care, face-2-face contact gecombineerd met online interventies). Kan preventief maar ook als behandeling.
Hulp aan cliënten die hulp nodig hebben maar dit zelf niet willen, kunnen of durven vragen.
Omvat preventieve zorg voor de gehele bevolking, preventieve zorg voor risicogroepen en zorg voor kwetsbare personen die zelf geen hulp zoeken.

Slide 10 - Sleepvraag

Zorgvarianten
Als gevolg van de vermaatschappelijking worden cliënten steeds minder behandeld binnen de muren van een instelling (intramuraal), maar steeds meer in de eigen omgeving (extramuraal en ambulant). Hierdoor zijn er allerlei zorgvarianten ontstaan. Enkele voorbeelden van zorgvarianten die je tegenwoordig veel ziet in de zorg voor cliënten met een psychische aandoening zijn:

  • ambulante zorg;
  • beschermd wonen;
  • deeltijd- en dagbehandeling;
  • klinische opname;
  • bemoeizorg.




Slide 11 - Tekstslide

Examen in je kracht
Wie heeft allemaal het gesprek gevoerd?

Om op schema te lopen moet je nu echt met stap 3 bezig zijn!

Slide 12 - Tekstslide

Zelfstandig werken
Boek 'Persoonlijk begeleider specifieke doelgroepen'
Module 3 - hoofdstuk 8
Alle opdrachten

Groepscode: IGN6G31T

Daarna verder werken met 'In je kracht'



Slide 13 - Tekstslide