1KT Répéter cours 1

• Duits
• Middelbare school
• vmbo g, t
• Leerjaar 4

Fin d'année: répéter

les buts du cours

• Ik herhaal het persoonlijk voornaamwoord
• Ik herhaal het werkwoord avoir
• Ik herhaal het lidwoord
• Ik herhaal de meervoudsvormen

AVOIR

AVOIR ( = hebben)

AVOIR 

Lidwoorden 

DE LIDWOORDEN

Faire Chapitre 4 "le pont"

> Hulp: woordenlijst chapitre 3

> maak ex. 25 in chapitre 4

Faire chapitre 4 "le pont" online!

> Ga in de online methode naar chapitre 4

> kies daarna: chapitre 1

> maak ex. 4 t/m 6 (ook met sterren!)

Klaar > maak ex. 1 + 2

Lidwoorden: welke lidwoorden krijg je bij een vrouwelijk woord?

1. le/un
2. la/une
3. les/des

Lidwoorden: welke lidwoorden krijg je bij een mannelijk woord?

1. le/un
2. la/une
3. les/des

Kies de juiste vorm van avoir in:
Marie ________ (avoir)

1. ai
2. as
3. a
4. avons

Vul de juiste vorm van avoir in:
Elle ________ (avoir)

1. ai
2. as
3. a
4. avons

Vul de juiste vorm van avoir in:
J' ________ (avoir)

1. ai
2. as
3. ont
4. avons

Lidwoorden: welke lidwoorden krijg je bij een woord in het meervoud?

1. le/un
2. la/une
3. les/des

Vul de juiste vorm van avoir in :
J' (avoir)

1. ai
2. as
3. ont
4. avons

à la prochaine fois!