Theorie les 1

Theorie les 1
De wereld van de grote stad
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 10 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Theorie les 1
De wereld van de grote stad

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
Theorie les 1.
Verder met je groepje aan het werk.

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een stad?
De definitie verschilt per land. Een stad heeft vier kenmerken:
  1. Een bepaalde omvang. (Per land verschillend)
  2. Een hoge bebouwingsdichtheid in vergelijking met het omringende gebied.
  3. Een beroepsbevolking die vrijwel uitsluitend werkt in de secundaire en tertiaire sector.
  4. Een groot aantal functies voor het gebied rond de stad.
 

Slide 3 - Tekstslide

Verschillende soorten grote steden
Je kunt de grote steden op de wereld verdelen onder:
  1. Megastad. Een stad is een megastad als het meer dan 10 miljoen inwoners heeft. Bv: Tokyo, Rio de Janeiro en Dhaka.
  2. Wereldstad. Een wereldstad heeft veel inwoners en is voor een groot deel van de wereld een belangrijk centrum op het gebied van economie, cultuur en politiek. Bv: Londen, New York en Shanghai.
  3. Hoofdstad. Dit is vaak de belangrijkste stad van een land. 
  • Niet elke megastad is een wereldstad! Dhaka is niet een economisch, cultureel of politiek centrum in de wereld, zoals Tokyo dat bijvoorbeeld wel is.

Slide 4 - Tekstslide

Spreiding van grote steden

  • De grote steden in ontwikkelde landen zijn anders verspreidt dan in ontwikkelingslanden. In rijke landen zijn er vaak meer en zijn ze verbonden met elkaar -> stedelijk netwerk
  • In arme landen is er vaak 1 megastad. Deze is vaak vele malen groter dan de 2e stad van het land. Dit noem je een primate city.
  • Voorbeeld hiervan in Bangkok met 8 miljoen mensen, terwijl de 2e stad maar 500.000 mensen heeft.
  • Ander voorbeelden zijn Parijs en Buenos Aires.

Slide 5 - Tekstslide

Spreiding steden verklaren?
Steden hebben vaak meerdere factoren die belangrijk zijn voordat ze geplaatst werden. Je kunt dit onderverdelen in twee kenmerken:
  1. Site 
  2. Situation

Slide 6 - Tekstslide

Site
Kenmerken van het gebied waarin een stad ligt. Bv:
  • Vlakke en vruchtbare gebieden.
  • Op een kruispunt waar veel handel is.
  • Langs rivieren of langs de kust.
  • Vlakbij grondstoffen.

Slide 7 - Tekstslide

Situation
Kenmerken van de ligging van een plaats ten opzichte van andere plaatsen.
Een stad als Parijs ligt gunstig, want het ligt midden in het land met goede verbindingen. Ook ligt het dichtbij andere grote steden.

Slide 8 - Tekstslide

Koloniale dubbelstad
Vaak liggen steden in (oud koloniale) ontwikkelingslanden aan de kust. Dit was zodat handelsproducten daardoor makkelijk naar het westen konden.
Loop je door kronkelige straten? Dan zit je in het oude stadsgedeelte. 
Loop je door brede rechte straten? Dan zit je in het westerse deel.

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag!
Elk groepje krijgt een opdrachtenbundel. Elke groep levert deze bundel in met alle opdrachten gemaakt. Maak binnen je groepje een verdeling over de opdrachten. (Uiteindelijk moet iedereen de stof kennen voor de SO)
Ga daarnaast samen met je groepje verder met de startopdracht!
Zoek de opdracht op, die staat op de website.

Slide 10 - Tekstslide