5.3 De leerling is bekend met het begrip waterstofbruggen en kan deze tekenen, herkennen en verklaren.
5.3 De leerling kan de verschillende soorten binden ordenen op basis van bindingssterkte.
5.3 De leerling kan op microniveau beschrijven wat er gebeurd als er een stof oplost in water.
5.3 de leerling kan de nieuwe karakteristieke groep carbonzuur herkennen en benoemen in een molecuul.
5.3 De leerling kan een aminozuur herkennen.
5.3 De leerling is in staat om aan de hand van een structuurformule van een molecuul te oordelen of deze goed/slecht of slecht/minder oplosbaar is, in een gegeven oplosmiddel.