ComVa oefentoets periode 1
1 / 16
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat zijn communicatiedoelen?
Slide 2 - Woordweb
20.2
OvertuigenInformeren
Activeren/motiveren
Instrueren
Wat zijn voorbeelden van EXterne ruis?
A
Een auto die toetert
B
Een meeuw die schreeuwend langs vliegt
C
Een collega die door je heen praat
D
Muziek op de achtergrond
Slide 3 - Quizvraag
21.4.1
Verstoring in de communicatie van buitenaf Wat is een voorbeeld van semantische ruis? (INtern)
A
Cultuurverschillen in communicatie
B
Een vooroordeel hebben
C
Iemand die zit te smakken op de achtergrond
D
Straattaal van een jongere niet begrijpen
Slide 4 - Quizvraag
21.4.4
Verstoringen in de communicatie doordat je de taal van de ander niet begrijpt. Wat is een voorbeeld van psychologische ruis? (INtern)
A
Een roddel over je gesprekspartner
B
Slecht humeur door een tekort aan slaap
C
De eerste indruk die iemand wekt
D
Moeilijke taal in het ziekenhuis
Slide 5 - Quizvraag
21.4.6
Verstoring in de communicatie door verwachtingen en ideeën over de ander. Je stemming en indruk van de ander spelen hier ook een rol in! Noem een voorbeeld van eenzijdige communicatie
Slide 6 - Open vraag
20.3
Wat verstaan we onder selectief luisteren?
Slide 7 - Open vraag
22.3
Waar denk je aan als we het hebben over 'parafraseren'?
Slide 8 - Open vraag
22.3
Welke soorten vragen
kennen we?
kennen we?
Slide 9 - Woordweb
22.4
Open vragenGesloten vragen
Keuzevragen
Reflecterende vragen
Confronterende vragen
Dubbele vragen
Suggestieve vragen
De 'Waarom'-vraag
Wanneer zou je een confronterende vraag kunnen stellen?
Slide 10 - Open vraag
22.4
Wat valt er onder de non-verbale communicatie
A
Handgebaren
B
Stemgebruik
C
De woorden die je gebruikt
D
Gezichtsuitdrukking
Slide 11 - Quizvraag
Sociaal werk 1
11.5.3
Interpetatie
Congruentie
Meta
communicatie
Externe ruis
Reflecterende
vraag
Interne ruis
Laat je nadenken over je eigen situatie, rol, gedrag of gevoel.
Communiceren over de communicatie.
Non-verbale communicatie ondersteunt de verbale communicatie.
Verstoringen in de communicatie van buitenaf.
Verstoringen van de communicatie door processen in of tussen sprekers.
De betekenis die we geven aan communicatie op basis van eerdere ervaringen.
Slide 12 - Sleepvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 13 - Video
Deze slide heeft geen instructies
Welke vormen van non-verbale communicatie zag je en wat werd hiermee bedoeld volgens jou?
Slide 14 - Woordweb
- Glimlach en hoog stemgebruik bij koekje
- Ogen rollen en stemgebruik bij frustratie koekje valt niet
- Stemgebruik, rennen, springen boos vanwege koekje
- Gezichtsuitdrukking, blij opgelucht want koekje is gevallen
- Gezichtsuitdrukking blij eten koekje en leze krant
- Gezichtsuitdrukking en stemgebruik boos/verbaasd bij koekje dat gepakt wordt
- Gezichtsuitdrukking en stemgebruik en handgebaren boos tegen jongen die koekje pakt
- Gezichtsuitdrukking vermoeid door jongen terwijl ze de trein in gaat
- Gezichtsuitdrukking, verbaasd/geschrokken dat zij haar koekjes vindt
Leg in je eigen woorden uit wat de eindopdracht inhoudt.
Slide 15 - Open vraag
Je speelt een casus uit als sociaal werker. In het gesprek komt LSD, verbale en non-verbale communicatie en de verschillende vraagsoorten terug.
Hoe goed ken je nu de theorie van ComVa?
😒🙁😐🙂😃
Slide 16 - Poll
Deze slide heeft geen instructies
