biologie gr 6 H6

Het weer
We leren deze les:
- dat de weersverwachting over een langere tijd niet altijd klopt.
- welke onderdelen van het weer je kunt meten en hoe.
- verschillende begrippen die bij het weer horen.



1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieBasisschoolGroep 6

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Het weer
We leren deze les:
- dat de weersverwachting over een langere tijd niet altijd klopt.
- welke onderdelen van het weer je kunt meten en hoe.
- verschillende begrippen die bij het weer horen.



Slide 1 - Tekstslide

Lezen blz. 77
Wisselvallig weer

Slide 2 - Tekstslide

Het weer

Slide 3 - Woordweb

Wat staat er in een weerbericht?

Slide 4 - Open vraag

Waar gebruik jij het weerbericht voor?

Slide 5 - Open vraag

Welk weerbericht is het nauwkeurigst?
A
Het weerbericht voor het komende weekend
B
Het weerbericht voor morgen
C
Het weerbericht van volgende week

Slide 6 - Quizvraag

Lezen blz. 78
Zonneschijn

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

0 uur
0,5 uur
4 uur
9 uur

Slide 9 - Sleepvraag

Lezen blz. 78
Temperatuur

Slide 10 - Tekstslide

Als het vriest komt de temperatuur niet boven de nul graden Celsius.
A
Fout
B
Goed

Slide 11 - Quizvraag

Met een koortsthermometer kun je ook de buitentemperatuur meten.
A
Fout
B
Goed

Slide 12 - Quizvraag

Lezen blz. 79     
Wind

Slide 13 - Tekstslide

Thomas en Julia kijken naar een kerktoren. Op de toren staat een haan. De kop van de haan wijst naar het westen. Julia zegt: 'de wind komt uit het oosten'. Thomas zegt: 'de wind komt uit het westen'. Wie van de twee heeft gelijk?
A
Julia
B
Thomas

Slide 14 - Quizvraag

Thomas kijkt door het raam. Aan de overkant ziet hij rook uit de schoorsteen komen. De rook gaat recht omhoog. Welke windkracht hoort hierbij?

Slide 15 - Open vraag

Lezen blz. 79
Neerslag

Slide 16 - Tekstslide

temperatuur hoog in de lucht onder 0°C 
temperatuur hoog in de lucht boven 0°C
temperatuur vlak boven de grond onder 0°C
temperatuur vlak boven de grond boven 0°C
natte sneeuw die niet lang blijft liggen
hagel die lang blijft liggen
het regent de pannetjes worden nat
ijzel
sneeuw die op straat blijft liggen 

Slide 17 - Tekstslide