Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
2.4 afronden in dagelijkse situtaties
Deze les leer je:
afronden in dagelijkse situaties
1 / 14
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Wiskunde
Middelbare school
vmbo k, g, t, mavo
Leerjaar 1
In deze les zitten
14 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Deze les leer je:
afronden in dagelijkse situaties
Slide 1 - Tekstslide
Welke waarde heeft het cijfer 4 in het getal 7 743 520 000?
Slide 2 - Open vraag
Hoe spreek je het onderstaande getal uit?
182 000 000
A
Honderdtweeëntachtig miljard
B
Honderdtweeëntachtig miljoen
C
Één komma tweeëntachtig miljoen
D
Achttien komma twee miljoen
Slide 3 - Quizvraag
Welk onderstaande getal is een veelvoud van 11?
A
31
B
32
C
33
D
34
Slide 4 - Quizvraag
Welk getal is even?
A
28 742 131
B
3 382 832 437
C
19 489 291 753
D
1 636 364 432
Slide 5 - Quizvraag
Rond het getal 13,94822 af op 2 decimalen.
Slide 6 - Open vraag
Rond het getal 1 499 999 af op miljoenen.
Slide 7 - Open vraag
Afronden in de praktijk
Anneke wil ijsjes trakteren in de klas.
Haar klas bestaat uit 19 leerlingen. In
één doos zitten 6 ijsjes. Hoeveel dozen
moet Anneke kopen?
Slide 8 - Tekstslide
We gaan met de klas varen. We zijn met 23 mensen. In iedere boot kunnen 5 leerlingen. Hoeveel boten?
A
4
B
5
C
6
D
7
Slide 9 - Quizvraag
Imke gaat koken. Ze heeft 850 gram rijst nodig. In één pakje zit 400 gram. Hoeveel pakjes moet Imke kopen?
A
850 : 400 = 2,125, afgerond is dat 2
B
850 : 400 = 2,125, dus: 2,125
C
850 : 400 = 2,125, dus ik heb er 3 nodig
D
850 : 400 = 2,125, dus ik koop er 2,5
Slide 10 - Quizvraag
In een kilozak pepernoten zitten 750 pepernoten.
Voor de intocht hebben alle pieten er 20 000 nodig. Hoeveel kilozakken moeten ze halen?
Bereken dit in je schrift!
A
25
B
26
C
27
D
28
Slide 11 - Quizvraag
Afronden met contant geld
Tegenwoordig hebben wij
in Nederland geen 1 en 2
centen meer, 5 cent
hebben we nog wel.
Daarom moeten bedragen
worden afgerond.
Slide 12 - Tekstslide
Je doet boodschappen bij de Jumbo en op het scherm staat een bedrag van €27,93. Je wil contant betalen. Hoeveel reken je af?
A
€27,-
B
€27,90
C
€27,95
D
€28,-
Slide 13 - Quizvraag
Je haalt de volgende boodschappen:
paprika (€1,42), ui (€0,94) en kip (7,23).
Hoeveel betaal je als je contant afrekent?
Reken dit uit in je schrift!
A
€9,50
B
€9,55
C
€9,59
D
€9,60
Slide 14 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
Afronden tweede les
September 2022
- Les met
12 slides
Wiskunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
5.3 afronden in de praktijk
Januari 2021
- Les met
12 slides
Wiskunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
H2.3 | Afronden in de praktijk
Februari 2024
- Les met
20 slides
Wiskunde
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
2.3 afronden in de praktijk
Oktober 2021
- Les met
17 slides
Wiskunde
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 2
H4.4 | Afronden in praktische situaties
12 dagen geleden
- Les met
23 slides
Wiskunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
§2.3 Afronden in de praktijk
September 2021
- Les met
29 slides
Wiskunde
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1
H4.4 Afronden in praktische situaties
Januari 2023
- Les met
18 slides
Wiskunde
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
§2.3 Afronden in de praktijk
Oktober 2019
- Les met
26 slides
Wiskunde
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 1