1.1 De pruikentijd

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak opdracht 3 en 4 op bladzijde 6.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1.1 De Pruikentijd
Leerdoelen:
  • je kunt beschrijven hoe het ging met de Nederlandse economie.
  • Je kunt beschrijven welke sociale verhoudingen er waren in Frankrijk.
  • Je kunt beschrijven welke nieuwe ideeën ontstonden.

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nederlandse republiek in de 18e eeuw:

Rijke bovenlaag van meestal handelaren en regenten.

Economisch ging het slecht. Nijverheid en handel gingen achteruit.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Willem V is stadhouder in de Nederlandse republiek.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Frankrijk in de 18e eeuw:

Een standenmaatschappij

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De eerste en tweede stand hadden privileges. Zij hoefden geen belasting te betalen en konden wel baantjes krijgen in het bestuur.

De derde stand betaalde wel belasting en kon geen baantje krijgen in het bestuur.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De Franse koning Lodewijk XVI had alle macht in handen.

Frankrijk was een absolute monarchie.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

In de 18e eeuw was er een groep mensen die nieuwe ideeën kregen over het besturen van landen en over de rechten van mensen.

Deze groep hoorde bij de stroming: De Verlichting
Diderot: niemand heeft vanuit de natuur het recht gekregen om over iemand anders te heersen.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De 'Verlichters' wilden graag:

- Mensenrechten
- Democratie
- Grondwet met grondrechten
- Rechtsstaat
Kant: 'Durf te denken!'

Slide 11 - Tekstslide

Begrippen

Mensenrechten: rechten van alle mensen.

Democratie: bestuur waarbij het volk beslist.

Grondwet: wet waarin staat hoe een staat geregeerd wordt en wat de grondrechten van de burgers zijn.

Grondrechten: belangrijkste rechten van burgers die in de grondwet zijn vastgelegd.

Rechtsstaat: staat waarin iedereen zich aan de wet moet houden.

Slide 12 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Weektaak

- Lees 1.1
- Maak 1.1 online

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies