Nederland in 2300: Hoe ziet ons land eruit na de stijgende zeespiegel?
1 / 19
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Slide 2 - Tekstslide
De docent introduceert het doel van de les en legt uit wat de studenten kunnen verwachten.
Wat weet jij al over de stijgende zeespiegel en Nederland?
Slide 3 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Slide 4 - Tekstslide
De docent legt uit hoe de stijgende zeespiegel ontstaat en vraagt de studenten of ze nog vragen hebben.
Welke twee processen zorgen voor de stijgende zeespiegel?
A
Het ontstaan van nieuwe oceanen en de afname van de hoeveelheid water in de oceanen.
B
Het smelten van ijskappen en gletsjers en de uitzetting van warm water.
C
Het regenen van water op de zee en de verdamping van zeewater.
D
Het uitstoten van CO2 in de lucht en de afkoeling van de aarde.
Slide 5 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat is de oorzaak van de uitzetting van warm water?
A
De verdamping van zeewater.
B
De afkoeling van de aarde.
C
De afname van de hoeveelheid water in de oceanen.
D
De opwarming van de aarde.
Slide 6 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe ontstaat de stijgende zeespiegel?
A
Door het regenen van water op de zee.
B
Door het uitstoten van CO2 in de lucht.
C
Door het verdampen van zeewater.
D
Door het smelten van ijskappen en gletsjers.
Slide 7 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 8 - Tekstslide
De docent benadrukt het belang van deze informatie en vraagt de studenten of ze weten wat het verschil is tussen 1 en 5 meter.
Slide 9 - Tekstslide
De docent vraagt de studenten wat zij weten over hoe Nederland eruit kan zien in 2300 en of ze het eens zijn met de informatie op deze slide.
Wat kan er ontstaan door de stijgende zeespiegel in Nederland?
A
Nederland kan groter worden.
B
Nederland kan volledig droog worden.
C
Nieuwe meren kunnen ontstaan.
D
Nederland kan een nieuwe bergketen krijgen.
Slide 10 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Wat kan er gebeuren met de kustlijn in Nederland in 2300?
A
De kustlijn kan hetzelfde blijven.
B
De kustlijn kan groeien.
C
De kustlijn kan verdwijnen.
D
De kustlijn zal volledig overstromen.
Slide 11 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Hoe kan Nederland er in 2300 uitzien?
A
Nederland kan volledig overstromen.
B
Er zal helemaal niets veranderen in Nederland.
C
Nederland kan een woestijn worden.
D
De kustlijn kan verdwijnen en nieuwe meren kunnen ontstaan.
Slide 12 - Quizvraag
Deze slide heeft geen instructies
Slide 13 - Tekstslide
De docent legt uit wat de gevolgen zijn van het verdwijnen van de kustlijn en vraagt de studenten of zij nog andere gevolgen kunnen bedenken.
Slide 14 - Tekstslide
De docent vraagt de studenten welke gevolgen het ontstaan van nieuwe meren kan hebben voor de omgeving en de mensen die er wonen.
Slide 15 - Tekstslide
De docent benadrukt het belang van aanpassing en vraagt de studenten welke andere manieren er zijn om je aan te passen aan de stijgende zeespiegel.
Slide 16 - Tekstslide
De docent bespreekt de succescriteria en vraagt de studenten of ze het eens zijn met deze criteria.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 17 - Open vraag
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 18 - Open vraag
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 19 - Open vraag
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.
