In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Vak: Nederlands
Hoofdstuk: 1
1.
Lesopening
2.
Leergebiedoverstijgende doelen + arrangementen
3.
Lesdoel (+ minicheck)
4.
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6.
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie + afsluiting
Slide 1 - Tekstslide
1. Lesopening
Pak je boek van Nederlands + je schrift, maar laat dit nog even dicht.
Slide 2 - Tekstslide
2. Leergebiedoverstijgende doelen
Zelfstandig leren
- Werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld.
Als er staat leg je antwoord uit, doe je dat.
Slide 3 - Tekstslide
Arrangementen
- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie na het benoemen van de lesdoelen en het lezen van de theorie.
Namen lln
- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag.
Namen lln
- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten.
Namen lln
Slide 4 - Tekstslide
3. Lesdoel
Aan het eind van deze les:
- kun je een werkwoord vinden in een gegeven zin.
- kun je met een gegeven werkwoord een goede zin maken.
Slide 5 - Tekstslide
Verdiept arrangement:
Namen lln.
Huiswerk noteren + maken:
Les: 1.4
blz.: 19 t/m 20
opdr.: 9 t/m 13
Slide 6 - Tekstslide
Mini-check
Quiz mee
Slide 7 - Tekstslide
Noteer een passend werkwoord in de zin: Truus .......... naar de supermarkt.
Slide 8 - Open vraag
Wat is het werkwoord in de volgende zin: De juf vertelt ons het huiswerk.
Slide 9 - Open vraag
Wat is het werkwoord in de volgende zin: Ik maak mijn huiswerk
Slide 10 - Open vraag
Wie maakt wat:
3 vragen goed? Ga zelfstandig aan de slag:
les 1.4, opdr. 9 t/m 13, blz. 19 + 20
De rest doet mee met de instructie.
Slide 11 - Tekstslide
4. Instructie
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Wat is het werkwoord in de zin: Mijn moeder brengt me naar school.
Slide 14 - Open vraag
Wat is het werkwoord in de zin: Bezorgt de bakker het brood?
Slide 15 - Open vraag
Wat is het werkwoord in de zin: Jij maakt lekkere tomatensoep.
Slide 16 - Open vraag
5. Begeleid inoefenen
Maak je boek open op blz. 19 en open je schrift.
Schrijf bovenaan een nieuwe pagina: 1.4 Werkwoorden
Nieuwe regel in je schrift: opdr. 9.
Voor de kantlijn: 1.
Achter de kantlijn: ... het antwoord op vraag 1...
Slide 17 - Tekstslide
Dus zo:
1.4 Werkwoorden
opdr. 9
1. .....
2. .....
3. .....
4. .....
Slide 18 - Tekstslide
6. Zelfstandig werken
Je leest en maakt zelfstandig, in stilte:
V: les 1.4, blz. 19 t/m 20, opdr. 9 t/m 13 --> Namen lln
B: les 1.4, blz. 19 t/m 20, opdr. 9 t/m 13 --> Namen lln
I: les 1.4, blz. 19 t/m 20, opdr. 9 t/m 13 --> Namen lln
Ben je klaar?
1. Kijk je werk zorgvuldig na + verbeter waar nodig.
2. Huiswerk ander vak (af)maken.
3. Leren toets / lezen / woordzoeker.
timer
30:00
Slide 19 - Tekstslide
7. Evaluatie
- Zelfstandig leren; werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld.
Evaluatie lesdoelen --> Quiz mee!
Slide 20 - Tekstslide
Noteer het werkwoord uit de volgende zin: Na school fiets ik naar huis.
Slide 21 - Open vraag
Noteer het werkwoord uit de volgende zin: Thuis maak ik huiswerk
Slide 22 - Open vraag
Noteer het werkwoord uit de volgende zin: Ik vind het werkwoord.