Les Chemie van het Leven

Spieren en Energie
Een les in het kader van Chemie van het Leven

Scheikunde en Biologie
Klas 3VWO
Door Marjolein Engbersen en Roos Durenkamp
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiochemieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Spieren en Energie
Een les in het kader van Chemie van het Leven

Scheikunde en Biologie
Klas 3VWO
Door Marjolein Engbersen en Roos Durenkamp

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Een les Biochemie
Een wetenschap op het snijvlak van scheikunde en biologie. Biologische processen worden onderzocht en verklaart vanuit een moleculair niveau.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning
- wat weet je al?
- theorie over spierwerking en energie
- formatieve toets
- nabespreking

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan het einde van de les:
- ken je de bouw van de spier.
- ken je de werking van de spier.
- kan je de chemische processen in een spier toelichten.


Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet jij over spieren en de werking?

Slide 5 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Start bij sport
Even armpje drukken:)

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

We gaan kijken naar het dwarsgestreepte spierweefsel. Dit een foto gemaakt van onder de microscoop. Het is goed te zien waarom dit de dwarsgestreepte spier heet.

Slide 8 - Tekstslide

Deze spieren dienen voor beweging. Je kan deze spieren bewust laten bewegen.
1. Met pezen zitten spieren vast aan botten.
2. Een spier bestaat uit spierbundels en bindweefsel.
3. De spierbundel is opgebouwd uit vezels.
4. Impulsen van buitenaf komen via axon naar de spiervezels. Hierbij komen stoffen vrij.
Waaruit is een spierbundel opgebouwd?
A
Botten
B
Pezen
C
Vezels
D
Axons

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

De myofibrillen bestaan uit sarcomeren, die zijn opgebouwd uit twee typen eiwitten: actine en myosine. Actine en myosine zijn de 2 belangrijkste spiereiwitten die er voor zorgen dat de spieren kracht kunnen leveren. Actine en myosine kunnen verbinding maken met elkaar. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze verbinding komt tot stand wanneer er calcium vrijkomt in de myofibril. Rond de myofibrillen bevindt zich een specifiek soort endoplasmatisch reticulum, dat voorziet in het benodigde calcium. Calcium komt het lichaam binnen via voedsel. Het opnemen van calcium is een actief proces. Het afgeven van calcium is nodig om de samentrekking van spieren mogelijk te maken. 
Het eiwit myosine. 

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Actine met ADP in kleur aangegeven

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn myosine en actie voor biomoleculen?
A
koolhydraten
B
vetten
C
vitaminen
D
eiwitten

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

groen: actine
paars: myosine

Slide 15 - Tekstslide

De beweging die myosine maakt is te vergelijken met de beweging van roeiers in een roeiboot (zie ook 90C in Binas). Het in elkaar schuiven van de actine en myosine heeft als gevolg dat de hele myofibril verkort. Een spiervezel verkort wanneer alle myofibrillen tegelijk verkorten. Een spierbundel trekt samen als meerdere spiervezels samentrekken. Op deze manier kan jij je spieren gebruiken.

Slide 16 - Video

Dit filmpje geeft een herhaling met beeld van voorgaande theorie. De beweging van myosine en actine zijn goed te zijn. Daarnaast is te zien hoe calcium opgenomen wordt.
In welke molecuul verandert het energiemolecuul ATP?
A
Calcium
B
ATP+
C
ADC
D
ADP

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Het aangaan van de bindingen tussen myosine en actine kost energie in de vorm van ATP. ATP kan worden gezien als energiepakketjes, het zijn eigenlijk de batterijen voor ons lichaam. ATP wordt omgezet in ADP en P. ATP bevat drie fosfaatmoleculen en ADP bevat twee van deze fosfaatgroepen. Het fosfaatmolecuul dat vrijkomt zorgt voor energie. Uiteindelijk verdwijnt het calcium weer en raakt de verbinding tussen actine en myosine verbroken en wordt de spier weer lang. 

Slide 19 - Video

Wanneer er tijd genoeg is. Extra uitleg over de energievoorziening in het lichaam -> voedsel, ATP en ADP.


Een continuüm aan energie

Slide 20 - Tekstslide

De ATP-voorraad in de spieren is gewoonlijk genoeg voor ongeveer 5 tot 6 seconden durende spierbelasting. Daarna wordt voor de daarop volgende 10 seconden creatinefosfaat verbruikt. Samen zijn de ATP en creatinefosfaat meestal goed voor ongeveer 30 seconden. Vervolgens stapt het systeem over op melkzuur (afbraak van suikers), dit systeem heeft wat tijd nodig om op te starten vandaar dat het als tweede komt. Ophoping van melkzuur zorgt voor spierpijn. Er is geen zuurstof bij dit proces nodig. Als laatste gaat het zuurstofsysteem draaien. Eigenlijk is dit al vanaf het begin bezig, maar het heeft tijd nodig om op gang te komen. Er is aan het begin namelijk onvoldoende zuurstof aanwezig. Je hart en longen hebben twee tot drie minuten nodig om op gang te komen. Glucose wordt hierbij gebruikt als energieleverancier. De processen moeten niet los van elkaar worden gezien, het loopt door elkaar heen en in elkaar over. 
Wat heb je onthouden?
We maken een formatieve toets in Socrative: Link
Op deze manier bekijken of leerdoelen behaalt zijn

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klassikale nabespreking + lesdoelen
De formatieve toets wordt besproken.
--------------------------------------------------------------
- ken je de bouw van de spier.
- ken je de werking van de spier.
- kan je de chemische processen in een spier toelichten.


Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De volgende les:
We gaan verder met een ander onderwerp binnen de biochemie!

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies