nagels en haar

nagels en haar
Lesdoel
functies van de nagels 
bouw van de nagels
bouw van het haar
haartypen
Haargroei
1 / 41
volgende
Slide 1: Tekstslide
AnatomieMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 41 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 100 min

Onderdelen in deze les

nagels en haar
Lesdoel
functies van de nagels 
bouw van de nagels
bouw van het haar
haartypen
Haargroei

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarom moet je als schoonheidsspecialiste iets weten over de nagel? We hoeven die toch alleen te lakken?

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een functie van de Nagel?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

OPDRACHT:
Sla je boek dicht
Schrijf alle benamingen op van het volgende plaatje

Bespreken klassikaal

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nagelgroei
- Nagelcellen worden 'geboren' in de nagelmatrix
- In de nagelmatrix vindt de celdeling plaats
- In de nagelmatrix liggen bloedvaatjes die de nagelcellen van zuurstof en voedingsstoffen voorzien en voeren afvalstoffen af. 

- Jonge nagelcellen in de nagelmatrix zijn nog zacht omdat ze nog niet verhoornd zijn, dit gebeurt tijdens de groei.
- Cellen van de nagelmatrix bevatten keratohyalinekorrels. 
- Die zorgen voor verhoorning (keratiniseren) 

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het nagelbed bevat bloedvaten en zenuwen.
Via het bloed krijgt het nagelbed voedingsstoffen, zodat de nagel kan groeien
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De nagelplaat bestaat uit drie lagen.
Welke drie?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

De nagelcellen zijn in de nagelmatrix al verhoornd
A
Waar
B
Niet waar

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk onderdeel van de nagel zorgt ervoor dat er geen ziektekiemen en vuil binnendringen?
A
Nageluiteinde
B
Nagelriem
C
Nagelplooi
D
Nagelwal

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waarom is het halve maantje nog bleek van kleur?

Slide 14 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Het nagelbed behoort tot de opperhuid en het bevat bloedvaten en zenuwen
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Dit is de levende laag van de nagel en hier vindt celdeling plaats
A
Nageluiteinde
B
Nagelwortel
C
Nagelplooi
D
Nagelmatrix

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk gedeelte van de nagel zie je afgebeeld?

Slide 17 - Open vraag

nagelplaat
Het nageluiteinde ligt buiten en nagelbed
A
Waar
B
Niet waar

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De ......... komt voort uit de nagelmatrix en bevindt zich onder de huid
A
Nagelwal
B
Nagelplaat
C
Nagelwortel
D
Nagelplooi

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Keratohyalinekorrels zorgen voor verharding van de nagel
A
Waar
B
Niet waar

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Haar 
Net zoals talg- en zweetklieren en nagels is het haar een aanhangsel (adnexum) van de huid. Een haar lijkt misschien een simpel sprietje, maar zit ingewikkeld in elkaar.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opbouw van de haar
Verhoornde aanhangsels -> adnexen

Haarschacht -> boven de huid (zichtbaar)
Haarwortel -> in de huid en in haarzakje


Slide 23 - Tekstslide

Haren zijn verhoornde aanhangsels van de huid die voor een groot deel in de lederhuid tot op het onderhuids bindweefsel liggen. Toch behoren haren tot de opperhuid. Een haar bestaat in de lengterichting uit een haarschacht en haarwortel. De haarschacht ligt boven de huid. Dit is dus het zichtbare deel van het haar. Haarschacht bestaat uit verhoornde haarcellen en is dus eigenlijk het dode deel van de haar. De haarwortel ligt in de huid en in een haarzakje (haarfollikel).

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doorsnede van een haar
Haaropperhuidvlies -> buitenste laag v/d haar
Haarmerg -> binnenste v/d haar
Haarschors -> middelste laag v/d haar

Slide 25 - Tekstslide

Haaropperhuidvlies: de buitenste laag van het haar noemen we het haaropperhuidvlies. In deze laag zijn de cellen plat en kernloos. Deze laag is belangrijk voor de bescherming van het haar. De cellen vormen schubjes, net als bij een vissenhuid. Bij een gezonde haar zijn de schubjes gesloten en kunnen er geen stoffen in de haar dringen. Bij gesloten schubben heeft het haar een natuurlijke glans. Bij een slechte conditie van het haar sluiten de schubjes niet goed aan. Het haar is poreus en ziet er dof uit.
Haarmerg is de binnenste laag het haar. De cellen van de haarmerg zijn rond en hebben een celkern.
Haarschors is de middelste laag. In de cellen van de haarschors zit veel keratine (hoornstof). Alleen in deze laag zit melanine (pigment) dat de haarkleur bepaald.

Haarfollikel - Haarzakje 
Met daarin:
  • Haarmatrix (kiemlaag); waarin de nieuwe haarcellen ontstaan
  • Haarpapil; Voorziet de nieuwe haarcellen  van voedingsstoffen en pigment (haarkleur)

Slide 26 - Tekstslide

Net als de kleur van je huid, wordt je haarkleur bepaald door melanine (pigment). De haarschors bevat twee soorten pigment: eumelanine (donker pigment) en feomelanine (licht pigment). De verhouding tussen licht en donker pigment bepaalt je haarkleur.



Telogene fase
  • Rustfase
  • Duurt enkele maanden
  • De haar ligt los in de follikel
  • Er wordt een nieuwe haarmatrix gevormd (voor het nieuwe haar)
  • Het oude haar valt uit

Slide 27 - Tekstslide

Er vormt een nieuwe haar onder de oude -> oude haar komt los te zitten doordat de cellen van de inwendige wortelschede hun structuur verliezen.
Ondertussen groeien de onderste haarcellen verder in de diepte en omsluiten de haarpapil -> ontstaat een nieuwe haarmatrix -> nieuwe haar groeit en duwt de oude haar uit de haarfollikel.

Lanugohaar 
  • Komt voor bij embryo’s en foetussen
  • Lang, dun en zijdezacht
  • Enkele centimeters lang
  • Geen pigment
  • Mergloos
  • Over het gehele lichaam

Slide 28 - Tekstslide


De eerste haarfollikels ontwikkelen zich bij de wenkbrauwen, op de bovenlip en de kin. 
Vanaf 6 weken na de bevruchting tot 7/8 maanden zwangerschap
Daarna valt het uit en vervangen door vellus- en terminaalhaar.

Vellushaar 
  • Zacht en mergloos
  • Zelden langer dan 1 cm
  • Meestal ongepigmenteerd
  • Kinderen -> lichaam
  • Vrouwen -> gelaat

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Intermediair haar 

  • Haren worden langzaam dikker en grover en meer gepigmenteerd
  • Overgangsfase vellus- naar terminaalhaar

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Terminaal haar 

  • Grof
  • Gepigmenteerd
  • Verschillende lengtes
  • Alle leeftijden
  • 6 soorten

Slide 31 - Tekstslide

Wimpers en wenkbrauwen
Hoofdhaar
Snor- en baardharen
Okselhaar,
Schaamhaar,
Lichaamshaar

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Haar groeifasen

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 34 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Anagene fase
  • Groeifase
  • Duurt het langst (2 tot 25 jaar)
  • Groeisnelheid is 0,3 mm per dag
  • Pigmentvorming
  • +/- 80 %  van de haren

Slide 35 - Tekstslide

De haarvaatjes in de haarpapil geven voedingsstoffen af aan de haarmatrix -> haarmatrix vormt nieuwe haarcellen -> nieuwe haren naar oppervlakte geduwd -> het haar groeit.
Mergcellen veranderen in schorscellen.
Schorscellen veranderen in opperhuidvlies.
Pigmentvorming

Katagene fase
  • Overgangsfase
  • Duurt enkele weken
  • Pigmentvorming neemt af
  • Haarwortel wordt kleurloos
  • Haar zit nog vast

Slide 36 - Tekstslide

Haarfollikel sluit -> geen contact mogelijk tussen haarwortel en haarui -> haarpapil kan geen voedingsstoffen meer afgeven aan de haarmatrix -> celdeling stopt -> haarfollikel krimpt en wordt korter -> haar wordt omhoog geduwd, maar zit nog in de huid.
Pigmentvorming neemt af en haarwortel wordt geleidelijk kleurloos

1
Haarschacht
2
3
6
4
5
7
Talgklier
Haarspier
Haarmerg
Haarpapil
Haarui
Bloedvat 

Slide 37 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Invloeden haargroei 

  • Hormonen
  • Voeding en levensstijl
  • Leeftijd
  • Lichamelijke en geestelijke gezondheid (stress)

Slide 38 - Tekstslide

Bij normale haaruitval verlies je gemiddeld 100 haren per dag.

Hormonen;
oestrogenen -> bij zwangerschap verhoogd -> dikke bos haar.
Overgang -> valt haar juist uit door afname van oestrogeen.
Androgenen; stimuleert lichaams- en gezichtshaar. Zorgen ook voor afsterven van haarfollikel -> mannen kaler
Voeding leefstijl; vitamine tekort, roken -> verminderde doorbloeding -> haaruitval
Leeftijd; ouder -> haar dunner en follikels kleiner en kleur veranderd door afname pigment.
Lich en geestel ; trage schildklier, stress en medicatie
Stress, Een lange periode van stress kan je hormoonhuishouding uit balans brengen, je stofwisseling vertragen en je lichaam uitputten. Hierdoor gaat het lichaam op den duur voedingsstoffen onttrekken aan lichaamsdelen die het minder hard nodig hebben. Haaruitval kan hier een gevolg van zijn.

Wat maakt geen deel uit de haar?
A
Merg
B
Vezellaag
C
Hoornlaag
D
Schuddenlaag

Slide 39 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een voorbeeld van GEEN terminaal haar?
A
hoofdhaar
B
okselhaar
C
baard
D
donshaar

Slide 40 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat gebeurt er tijdens de katagene fase?
A
Veranderd vellus haar in terminaal haar
B
Stopt de haargroei
C
Laat de haar los
D
Groeit de haar heel snel

Slide 41 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies