In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
7.2: stengels en wortels
Slide 1 - Tekstslide
Leerdoelen:
7.2.1 Je kunt drie functies van wortels beschrijven.
7.2.2 Je kunt twee functies van stengels beschrijven.
7.2.3 Je kunt de werking van houtvaten en bastvaten beschrijven.
7.2.4 Je kunt beschrijven hoe planten stevigheid verkrijgen.
Slide 2 - Tekstslide
Wat gaan we doen:
- Herhalen basisstof 1
- Uitleg basisstof 2
- Aan de slag met de opdrachten.
Slide 3 - Tekstslide
Het grootste gedeelte van het blad bestaat uit:
A
Nerven
B
Bladmoes
C
Vlies
Slide 4 - Quizvraag
bladmoes
nerf
hoofdnerf
Slide 5 - Sleepvraag
Koolstofdioxide
zuurstof
waterdamp
Slide 6 - Sleepvraag
CO2
O2
Slide 7 - Sleepvraag
Welke 2 stoffen kan een plant maken met fotosynthese?
A
Water en glucose
B
Glucose en CO2
C
CO2 en zuurstof
D
Glucose en zuurstof
Slide 8 - Quizvraag
Aantekening. Pak je schrift
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Wortels
Wortels hebben drie functies:
• de plant stevig vastzetten in de bodem
• water en mineralen opnemen uit de bodem
• reservestoffen opslaan
Slide 11 - Tekstslide
Wortelharen
Met de wortelharen neemt een plant water en mineralen op in de cellen
Via celwanden komen deze stoffen in de hoofdwortel
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Stengels
De functies van stengels zijn
- transport van stoffen,
- stevigheid geven aan de plant.
Wat betekend transport? Zoek op....
Slide 15 - Tekstslide
Het woord TRANSPORT betekend
Slide 16 - Open vraag
Slide 17 - Tekstslide
Stevigheid geven (vaten)
Vaten
Rondom de vaten liggen vezels,
Vezels zorgen voor stevigheid.
Knol
Een knol is een verdikte stengel waarin veel reservestoffen zitten.
Voorbeeld op volgende slide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Vaten
• Houtvaten
• Bastvaten
Houtvaten -> vervoeren water en mineralen vanuit de wortels naar de overige delen van de plant. In de houtvaten gaat water door de stengel naar de bladeren. Water verdampt door de huidmondjes uit de bladeren. Er ontstaat zo een stroom van water in de plant, van de wortels naar de bladeren.
In de bladeren wordt glucose gemaakt. Glucose is een suiker. Suikers lossen op in water. Bastvaten -> vervoeren water met opgeloste suikers vanuit de bladeren naar de overige delen van een plant.
Slide 20 - Tekstslide
Bomen
Bij een boom noem je de stengel een stam. In de stam van een boom groeien steeds nieuwe houtvaten. De nieuwe houtvaten duwen de oude houtvaten naar de binnenkant van de stam
Hoe meer houtvaten hoe dikker de stam
Slide 21 - Tekstslide
Leerdoelen:
Je kunt drie functies van wortels beschrijven.
Je kunt twee functies van stengels beschrijven.
Je kunt de werking van houtvaten en bastvaten beschrijven.
Je kunt beschrijven hoe planten stevigheid verkrijgen.
Slide 22 - Tekstslide
Aan de slag!
Maak in je digitale boek:
B.2
Test jezelf
Heb je dit niet af? Noteer dit dan als huiswerk in je agenda
Slide 23 - Tekstslide
Ahornsiroop (video)
Ahornsiroop
Planten transporteren water met opgeloste stoffen door de vaatbundels heen. Vroeg in het voorjaar gaat de boom glucose vanuit de wortels naar de knoppen vervoeren. De bloemknoppen en de bladknoppen kunnen deze glucose dan gebruiken om uit te lopen tot bloem of blad. In het vroege voorjaar is het leuk deze sapstroom af te tappen van de boom. Dat aftappen van deze sapstroom gaat vooral goed bij de esdoorn (ahorn). De sapstroom van de esdoorn door de houtvaten van de boom bevat dan extreem veel suiker. Binnen vierentwintig uur kan je uit een klein gaatje makkelijk anderhalve liter ahornsap tappen. Als je dit sap dan langzaam indikt op het gas in een pan kan je daar ahornsiroop van maken. In onderstaande video zie je hoe dat in zijn werk gaat.