Actief en passief (2E)
1 / 56
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
In een actieve zin ...
Steven Spielberg regisseerde de film E.T.
A
voert het onderwerp de handeling uit.
B
ondergaat het onderwerp de handeling.
Slide 3 - Quizvraag
In een passieve zin ...
De film E.T. werd geregisseerd door Steven Spielberg.
A
voert het onderwerp de handeling uit.
B
ondergaat het onderwerp de handeling.
Slide 4 - Quizvraag
Het zinsdeel dat in een passieve zin vertelt wie de actie uitvoert, noemen we een ...
De film E.T. werd geregisseerd door Steven Spielberg.
Slide 5 - Open vraag
Actieve of passieve zin?
Zullen we gaan raften in de Ardennen?
A
actief
B
passief
Slide 6 - Quizvraag
Actieve of passieve zin?
En dan kamperen we daar het hele weekend ...
A
actief
B
passief
Slide 7 - Quizvraag
Actieve of passieve zin?
Vorige zomer werd onze tent vernield door de storm.
A
actief
B
passief
Slide 8 - Quizvraag
Actieve of passieve zin?
Gelukkig is onze caravan net hersteld.
A
actief
B
passief
Slide 9 - Quizvraag
Actieve of passieve zin?
Ik haal hem straks op.
A
actief
B
passief
Slide 10 - Quizvraag
Actieve of passieve zin?
De komende dagen wordt prachtig weer voorspeld.
A
actief
B
passief
Slide 11 - Quizvraag
Slide 12 - Tekstslide
Actieve of passieve zin?
Mijn vrienden willen nog naar de bioscoop gaan.
A
actief
B
passief
Slide 13 - Quizvraag
Actieve of passieve zin?
Wordt die laatste Bondfilm niet geprezen door de pers?
A
actief
B
passief
Slide 14 - Quizvraag
Actieve of passieve zin?
Wie speelt de hoofdrol?
A
actief
B
passief
Slide 15 - Quizvraag
Actieve of passieve zin?
De hoofdrol wordt gespeeld door een bekende acteur.
A
actief
B
passief
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Slide 21 - Tekstslide
Benoem het onderstreepte zinsdeel.
Wie is de Mol?
A
onderwerp
B
naamwoordelijk deel
C
lijdend voorwerp
D
handelend voorwerp
Slide 22 - Quizvraag
Benoem het onderstreepte zinsdeel.
Wie is de Mol?
A
onderwerp
B
naamwoordelijk deel
C
lijdend voorwerp
D
handelend voorwerp
Slide 23 - Quizvraag
Benoem het onderstreepte zinsdeel.
De mentale terreur werd in aflevering 4 fors opgvoerd
door de Mol.
A
onderwerp
B
naamwoordelijk deel
C
lijdend voorwerp
D
handelend voorwerp
Slide 24 - Quizvraag
Benoem het onderstreepte zinsdeel.
Zagen we de Mol door het raam staren?
A
onderwerp
B
lijdend voorwerp
C
bijwoordelijke bepaling
D
handelend voorwerp
Slide 25 - Quizvraag
Slide 26 - Tekstslide
Slide 27 - Tekstslide
Slide 28 - Tekstslide
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
Slide 31 - Tekstslide
Slide 32 - Tekstslide
Slide 33 - Tekstslide
Slide 34 - Tekstslide
Slide 35 - Tekstslide
Slide 36 - Tekstslide
Slide 37 - Tekstslide
Slide 38 - Tekstslide
Slide 39 - Tekstslide
Slide 40 - Tekstslide
Slide 41 - Tekstslide
Slide 42 - Tekstslide
Slide 43 - Tekstslide
Slide 44 - Tekstslide
Slide 45 - Tekstslide
Slide 46 - Tekstslide
Slide 47 - Tekstslide
Slide 48 - Tekstslide
Slide 49 - Tekstslide
Waarom gebruik je een passieve vorm in deze zin?
handeling benadrukken
handelende persoon onbekend
handelend voorwerp geen levend wezen
Er wordt in de film spanning gecreëerd.
Slide 50 - Sleepvraag
Waarom gebruik je een passieve vorm in deze zin?
handeling benadrukken
handelende persoon onbekend
handelend voorwerp geen levend wezen
De man wordt opgegeten door de haai
Slide 51 - Sleepvraag
Waarom gebruik je een passieve vorm in deze zin?
handeling benadrukken
handelende persoon onbekend
handelend voorwerp geen levend wezen
De wagen flitst naar het verleden door de hoge snelheid.
