Werkles
1 / 37
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Noorden
Zuiden
Plantages
Vestigings kolonie
Slavernij
Pelzen en hout
Katoen en Tabak
Export naar Europa
Slide 5 - Sleepvraag
Hoe veel tot slaaf gemaakten werden er gemiddeld op een WIC schip geladen?
A
50
B
100
C
150
D
200
Slide 6 - Quizvraag
Op welke manieren was de stad Amsterdam betrokken bij slavernij? Noem er minstens 3.
Slide 7 - Open vraag
Waar kwamen deze producten vandaan?
Slide 8 - Sleepvraag
Wat is geen oorzaak van de slavernij in Amerika?
A
Grote aanbod van slaven in Afrika
B
Arbeidsintensiviteit
C
Ziekten
D
Groeiende economie
Slide 9 - Quizvraag
Noem minstens 3 producten die uit de Amerikaanse Koloniën werden gehaald
Slide 10 - Open vraag
Wat is
slavernij?
slavernij?
A
Tegen je wil iets moeten doen, onder dwang van geweld.
B
School, huiswerk en mijn kamer opruimen
C
Iets moeten doen met tegenzin
D
Vreselijk hard moeten werken voor weinig geld
Slide 11 - Quizvraag
Wat zijn Conquestadores?
A
Portugese soldaten
B
Spaanse lage adel
C
Italiaanse Adel
D
Franse soldaten
Slide 12 - Quizvraag
De WIC en slavernij - wat hoort er NIET bij
A
slavenmarkt, forten
B
plantage, 11 miljoen mensen
C
buskruit, cacao, koffie
D
slaven uit de omgeving
Slide 13 - Quizvraag
Wat was de grootste groep slaven in de oudheid?
A
Gevangen Soldaten
B
Overwonnen volken
C
Afrikaanse gevangenen
D
Iedereen die geen burger was
Slide 14 - Quizvraag
Wie had welke rechten in de middeleeuwen?
Halfvrijen: hebben eigen grond, maar mogen niet het domein verlaten om elders te gaan wonen.
Hoewel zij de beschikking hadden over hun eigen persoon en bezittingen, moesten zij in oorlogstijd met hun heer meevechten.
De minst vrije groep, volledig in de macht van de heer en zij hadden geen bezit.
Horigen
Vrije boeren
Lijfeigenen
Slide 15 - Sleepvraag
Wat was geen oorzaak van de ontdekkingsreizen
A
Technische uitvindingen
B
Renaissance
C
Ontdekkingen door Marco Polo
D
Groeiende macht Ottomaanse rijk
Slide 16 - Quizvraag
Beschrijf in je eigen woorden wat een sextant is.
Slide 17 - Open vraag
Wat was geen gevolg van de komst van Europeanen naar Amerika?
A
Verspreiding van ziektes
B
Uitbreiding van het Ottomaanse rijk
C
Slavernij
D
Aardappels in Europa
Slide 18 - Quizvraag
Wat was een regent en welke rol hadden regenten in de slavenhandel?
Slide 19 - Open vraag
Waar werd Amsterdam en de Republiek het meest rijk van?
A
Handel in specerijen met Azië
B
Handel in slaven met Afrika
C
Handel in plantage producten met Amerika
D
Handel met de Oostzee
Slide 20 - Quizvraag
Wat was niet nodig om als slaaf jezelf vrij te maken?
A
Je moest op de hoogte zijn van de wetgeving
B
Je moest iemand voor de rechter kunnen slepen
C
Je moest jezelf vrij kunnen kopen
D
Je moest een plek hebben om te wonen nadat je vrij was
Slide 21 - Quizvraag
Slide 22 - Tekstslide
Noem minstens 3 werkzaamheden van slaven in Amerika.
Slide 23 - Open vraag
Noem minstens 3 werkzaamheden van slaven in Azië.
Slide 24 - Open vraag
Wie kregen compensatie na de afschaffing van de slavernij?
A
Tot slaaf gemaakten
B
Plantage eigenaren
Slide 25 - Quizvraag
Hoe lang moesten tot slaaf gemaakten nog doorwerken op de plantages na de afschaffing van de slavernij?
A
5 jaar
B
10 jaar
C
5 maanden
D
10 maanden
Slide 26 - Quizvraag
Wanneer werd de slavenhandel door Nederland afgeschaft?
A
1815
B
1863
C
1853
D
1845
Slide 27 - Quizvraag
Wanneer werd de slavernij door Nederland afgeschaft?
A
1815
B
1863
C
1853
D
1845
Slide 28 - Quizvraag
Slide 29 - Tekstslide
Slide 30 - Tekstslide
Slide 31 - Tekstslide
Schrijf je persoonlijke lesdoel op:
1: Wie?
2: Wat doe je? (specifiek)
3. Hoe?
1: Wie?
2: Wat doe je? (specifiek)
3. Hoe?
Slide 32 - Open vraag
Welke lesdoelen heb je behaald?
Welke lesdoelen heb je niet behaald?
Waarom wel of waarom niet?
Welke lesdoelen heb je niet behaald?
Waarom wel of waarom niet?
Slide 33 - Open vraag
Slide 34 - Tekstslide
Wat vind je nog moeilijk?
