Tekst 20A

Tekst 20A
Pallas 2, p.39
1 / 67
volgende
Slide 1: Tekstslide
GrieksMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 67 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Tekst 20A
Pallas 2, p.39

Slide 1 - Tekstslide

Ἡ Πηνελόπεια τὸν ἆθλον λογιζομένη εἰσέρχεται εἰς τὸν θάλαμον,
timer
1:00

Slide 2 - Open vraag

Coniunctivus in het vervolg?
A
τόξον
B
φαρέτραν
C
Ὀδυσσέως
D
κομίζῃ

Slide 3 - Quizvraag

ἵνα τὸ τόξον τε καὶ τὴν φαρέτραν τοῦ Ὀδυσσέως κομίζῃ.
timer
1:00

Slide 4 - Open vraag

Ἐνταῦθα ...
Waar?

Slide 5 - Open vraag

Ἐνταῦθα ἁψαμένη ... κλαίει ...
timer
1:00

Slide 6 - Open vraag

Ἐνταῦθα ἁψαμένη τοῦ τόξου κλαίει ...
timer
1:00

Slide 7 - Open vraag

... μιμνῃσκομένη τοῦ ἀνδρός.
Participium na persoonsvorm!
timer
1:00

Slide 8 - Open vraag

woorden!
meest voorkomende woorden

Slide 9 - Tekstslide

Ἔπειτα ...

Slide 10 - Open vraag

... φέρουσα ... προσέρχεται ...·
timer
1:00

Slide 11 - Open vraag

τὸ τόξον καὶ τὴν φαρέτραν φέρουσα πάλιν προσέρχεται τοῖς μνηστῆρσιν·
timer
1:00

Slide 12 - Open vraag

Wat gebeurt er
na deze zin?

Slide 13 - Woordweb

‘Ἀκούετέ μου, μνηστῆρες, ...
timer
1:00

Slide 14 - Open vraag

οἳ ἐμὲ γῆμαι βούλεσθε, ...
timer
1:00

Slide 15 - Open vraag

τοῦ ἀνδρὸς (r.6)
A
nominativus
B
genitivus
C
dativus
D
accusativus

Slide 16 - Quizvraag

οἰχομένου
A
nominativus
B
genitivus
C
dativus
D
accusativus

Slide 17 - Quizvraag

τοῦ ἀνδρὸς ... οἰχομένου ...!
timer
1:00

Slide 18 - Open vraag

τοῦ ἀνδρὸς πάλαι οἰχομένου εἰς Ἴλιον (r.6)
timer
1:00

Slide 19 - Open vraag

Τόδε ἐστὶ τὸ μέγα τόξον αὐτοῦ.
timer
1:00

Slide 20 - Open vraag

Νῦν δὲ τόδε ὑπισχνοῦμαι ὑμῖν· ...
timer
1:00

Slide 21 - Open vraag

timer
1:00
coniunctivus
in het vervolg?

Slide 22 - Woordweb

ὃς ἂν ὑμῶν τήνδε τὴν νευρὰν τείνῃ ...
timer
1:00

Slide 23 - Open vraag

καὶ οἰστὸν δώδεκα
πελέκεων διοιστεύσῃ, ...
timer
1:00

Slide 24 - Open vraag

... τούτῳ ἑπομένη γαμοῦμαι!’

Slide 25 - Open vraag

τοῦ ἀνδρὸς (r.6)
A
nominativus
B
genitivus
C
dativus
D
accusativus

Slide 26 - Quizvraag

οἰχομένου
A
nominativus
B
genitivus
C
dativus
D
accusativus

Slide 27 - Quizvraag

τοῦ ἀνδρὸς πάλαι οἰχομένου εἰς Ἴλιον (r.6)

Slide 28 - Open vraag

Οἱ δὲ μνηστῆρες ἡσθέντες τῷ ἄθλῳ ἕκαστοι τὸ τόξον λαμβάνουσιν,

Slide 29 - Open vraag

ἵνα τὴν νευρὰν τείνωσιν ...,

Slide 30 - Open vraag

ἀλλ’ οὐδεὶς αὐτῶν πειρώμενος οἷός τέ ἐστιν!

Slide 31 - Open vraag

Τέλος δ’ ὁ Ὀδυσσεὺς ἀνιστάμενος τάδε λέγει·

Slide 32 - Open vraag

‘Νῦν μέν, ...
Met welke woorden in het vervolg correspondeert dit?

Slide 33 - Open vraag

Uit welke Griekse woorden blijkt tegen wie Odysseus hier spreekt?
A
μνηστῆρες τῆς βασιλείας
B
παύσασθε τοῦ ἄθλου
C
ἕωθεν δ’ ὁ θεὸς ἴσως κράτος παρέχει
D
ᾧ ἂν ἐθέλῃ.

Slide 34 - Quizvraag

Waar staat het bevel van Odysseus?
A
μνηστῆρες τῆς βασιλείας
B
παύσασθε τοῦ ἄθλου
C
ἕωθεν δ’ ὁ θεὸς ἴσως κράτος παρέχει
D
ᾧ ἂν ἐθέλῃ.

Slide 35 - Quizvraag

ὁ θεὸς (r.14)
Waarom noemt Odysseus
deze persoon?

Slide 36 - Open vraag

ἐθέλῃ (r.14)
Waarom coniunctivus?

Slide 37 - Open vraag

Welke vraag stelt Odysseus in r.15?

Slide 38 - Open vraag

μέμφονται
A
eerste persoon
B
tweede persoon
C
derde persoon

Slide 39 - Quizvraag

μέμφονται
A
enkelvoud
B
meervoud

Slide 40 - Quizvraag

μέμφονται
Vertaal deze vorm.

Slide 41 - Open vraag

Οἱ μὲν μνηστῆρες πάντες μέμφονται αὐτῷ, ...

Slide 42 - Open vraag

μάλα φοβούμενοι,

Dit participium staat:
A
vóór de persoonsvorm
B
na de persoonsvorm

Slide 43 - Quizvraag

μάλα φοβούμενοι, μὴ ...

Slide 44 - Open vraag

αὐτὸς?

Slide 45 - Woordweb

μάλα φοβούμενοι, μὴ αὐτὸς τὴν νευρὰν τείνειν δύνηται.

Slide 46 - Open vraag

δύνηται
Waarom coniunctivus?

Slide 47 - Open vraag

Ἡ δὲ Πηνελόπεια λέγει·

Slide 48 - Open vraag

Coniunctivus in regel 18?
A
ἄγετε
B
παρέχετε
C
ὅπως
D
ἴδωμεν

Slide 49 - Quizvraag

Ἀλλ’ ἄγετε, παρέχετε αὐτῷ τὸ τόξον, ὅπως ἴδωμεν·

Slide 50 - Open vraag

ἐὰν ...

Slide 51 - Open vraag

ἐὰν δὲ ὁ ξένος τὸ τόξον τείνῃ, ...

Slide 52 - Open vraag

τείνῃ
Waarom coniunctivus?

Slide 53 - Woordweb

μέλλω αὐτῷ παρέχειν πολλὰ δῶρα!

Slide 54 - Open vraag

r.20-21: ptc - ptc - persoonsvorm

Slide 55 - Open vraag

Ὁ δ’ Ὀδυσσεὺς ἀναλαβὼν τὸ τόξον τὸ ἑαυτοῦ, ῥᾳδίως τὴν νευρὰν τείνων οἰστὸν διοιστεύει διὰ τῶν πελέκεων.

Slide 56 - Open vraag

Μετὰ δὲ τοῦτο ...

Slide 57 - Open vraag

Μετὰ δὲ τοῦτο ἅλλεται ἐπὶ τὸν μέγαν οὐδόν, ...

Slide 58 - Open vraag

ἔχων

Dit participium staat:
A
vóór de persoonsvorm
B
na de persoonsvorm

Slide 59 - Quizvraag

ἐκ ταύτης δὲ πολλοὺς καὶ ὀξεῖς οἰστοὺς ἐκχεῖται πρὸ τῶν ποδῶν,

Slide 60 - Open vraag

λέγων

Dit participium staat:
A
vóór de persoonsvorm
B
na de persoonsvorm

Slide 61 - Quizvraag

λέγων τάδε τὰ ἔπη·

Slide 62 - Open vraag

Coniunctivus in de laatste zin?
A
ἄθλου
B
παυώμεθα
C
τιμωρία
D
ἄρξηται

Slide 63 - Quizvraag

Νῦν τοῦ μὲν ἄθλου παυώμεθα, ...

Slide 64 - Open vraag

ὡς ἡ τιμωρία ἄρξηται!

Slide 65 - Open vraag

Hoe goed begrijp je de coniunctivus?
😒🙁😐🙂😃

Slide 66 - Poll

Ik ken de betekenissen van αὐτός.

Slide 67 - Poll