VA1A

Wat heb je nodig?
Pen


1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat heb je nodig?
Pen


Slide 1 - Tekstslide

Wat heb je nodig?
Pen


Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Terugblik
Antoniemen: woorden met een tegengestelde betekenis.

Mooi -> lelijk
Jong -> oud
Logisch -> onlogisch
Plezierig -> onplezierig



Slide 4 - Tekstslide

Terugblik
Voor- en achtervoegsels die een antoniem aangeven:
in-, on-, niet-, non-
anti- contra-
-loos


Slide 5 - Tekstslide

Programma

  • Instructie
  • Aan het werk
  • Lesafsluiting

Slide 6 - Tekstslide

Doelen van deze les:
Je weet het verschil tussen spreekwoorden en gezegden.

Slide 7 - Tekstslide

Spreekwoorden
Een kernachtige zin die een waarheid of wijsheid bevat. Spreekwoorden zijn vaste zinnen met een figuurlijke betekenis. 

Zachte heelmeesters maken stinkende wonden.
Blaffende honden bijten niet.

Slide 8 - Tekstslide

Gezegde of uitdrukking
Een vaste combinatie van woorden met een figuurlijke betekenis. Uitdrukkingen pas je aan de zin aan.

Het gaat Marieke voor de wind.
Thijmen is op zijn teentjes getrapt.

Slide 9 - Tekstslide

Maken
Hoofdstuk 5.5 opdracht 2 t/m 6, 13 t/m 16.

Opdracht 2 maak je zelfstandig.
De overige opdrachten mag je in tweetallen maken.

De woorden van bladzijde 107 leren, is huiswerk voor dinsdag.

Slide 10 - Tekstslide

Maken
Ga naar studygo.com

Slide 11 - Tekstslide

Signaalwoorden
Betekenen, heten, zogenaamd, dat wil zeggen, met andere woorden.

Zwaarlijvig zijn wil zeggen dat je overgewicht hebt.
Noteren betekent opschrijven.
Hij is zwaarlijvig, met andere woorden, hij heeft overgewicht.


Slide 12 - Tekstslide

Maken
Hoofdstuk 4.5 opdracht 2 t/m 6 & 11 t/m 13.
Tekst 4(blz.44) invullen en bron 5(blz. 45) maken.

Opdracht 2 maak je zelfstandig.
De overige opdrachten mag je in tweetallen maken.

Opdracht 11 (woorden leren) is huiswerk voor vrijdag.

Slide 13 - Tekstslide

Maken
Hoofdstuk 3.5 opdracht 2, 3, 6, 12, 13, 15.
Opdracht 2 maak je zelfstandig.
De overige opdrachten mag je in tweetallen maken.

Opdracht 12 (woorden leren) is ook huiswerk!

Slide 14 - Tekstslide