Herhaling 1.3

Aardrijkskunde

Herhaling 1.3
Gebruik je iPad. 
Geen iPad? Gebruik je telefoon. 
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Aardrijkskunde

Herhaling 1.3
Gebruik je iPad. 
Geen iPad? Gebruik je telefoon. 

Slide 1 - Tekstslide

Doel van de les
Tijdens deze les bepreken wij de theorie van paragraaf 1.3. Dit is het laatste gedeelte wat je nog moet kennen voor je schriftelijke overhoring. 

Maak aantekeningen, doe serieus mee en zorg dat je goed voorbereid bent voor jouw toets. 

Slide 2 - Tekstslide

Paragraaf 1.3
In de bovenloop van de rivier ligt veel verweringsmateriaal. Dat materiaal wordt verder op weg naar zee kapotgemaakt en verandert in grind, zand en klei
In de bovenloop van de rivier valt het water door hoogteverschillen als het ware naar beneden. Door de hoge stroomsnelheid worden diepe dalen uitgeschuurd. Via de bovenloop gaat het verweringsmateriaal naar de middenloop. Daarna komt het terecht in de benedenloop. Hier wordt het lichtere materiaal, zoals zand en klei, afgezet. Dit noem je sedimentatie. Het materiaal dat wordt neergelegd noem je sediment

Slide 3 - Tekstslide

Paragraaf 1.3
Zand wordt door de zee en langs de kust verplaatst. Hier sedimenteert het zand en zo ontstaan er zandbanken. Bij hoog water en een gunstige wind wordt het zand naar het strand vervoerd.  Hierdoor wordt het strand steeds een beetje hoger. Als het zand droog is, dan waait het weg en blijft hangen tussen stukken hout of planten.  Zo ontstaan duinen

Slide 4 - Tekstslide

1: In de bovenloop ligt veel verweringsmateriaal.
2: De stroomsnelheid in de bovenloop is laag.
A
1 is juist, 2 is onjuist.
B
1 is onjuist, 2 is juist.
C
Beide zijn juist.
D
Beide zijn onjuist.

Slide 5 - Quizvraag

Leg uit wat verwering is en wat verweringsmateriaal is.

Slide 6 - Open vraag

De meeste erosie vindt plaats in de ...

Slide 7 - Woordweb

1: In de benedenloop heb je veel erosie.
2: Het neerleggen van verweringsmateriaal noem je sedimentatie.
A
1 is onjuist, 2 is juist.
B
1 is juist, 2 is onjuist.
C
Beide zijn juist.
D
Beide zijn onjuist.

Slide 8 - Quizvraag

Hoe ontstaan zandbanken?

Slide 9 - Open vraag

Maken herhalingsopgaven
Op bladzijde 14 en 15. 

Slide 10 - Tekstslide