Communicatie 07022023 Rouw en verlies

Les communicatie 
omgaan met verlies
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
VerzorgendeMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Les communicatie 
omgaan met verlies

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we behandelen
Rouw en verlies
Jouw taak als zorgverlener
Omgaan met verschillende communicatieve houdingen en vaardigheden​
 


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf/tik zoveel mogelijk "dingen" op die je kunt verliezen (en in andere kleur met welk verlies jij te maken heb gehad)

Slide 4 - Open vraag

Hoe ben je met dit verlies omgegaan? 
Rouwproces / verwerken:
- verlies van een dierbare

- verlies van werk

- verlies van je gezondheid

- verlies van een relatie

- verlies van je toekomstbeeld.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rouw
Rouwen is langzaam maar zeker begrijpen dat jouw leven zo ingrijpend is veranderd door het een verlies waar je veel waarde aan hecht. ​

Rouw is de bewustwording dat het verlies onomkeerbaar is. ​
Rouw neem je mee, overal waar je komt en overal waar je heengaat.

Slide 6 - Tekstslide

Met welke doelgroep ga je aan het werk?

Ouderen en gehandicapten.
Ouderen verliezen de mensen om zich heen.

Gehandicapten uiten verlies op een andere manier......
Wat is jouw taak als zorgverlener?

Slide 7 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Jouw taak als zorgverlener
Als zorgverlener is het een taak om zorgvragers te begeleiden bij verlieservaringen. ​

Waar zou dat begeleiden uit kunnen bestaan?

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat vind je van de manier hoe mensen omgaan met verlies?

Slide 9 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Belangrijkste punten in communicatie

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht
Stap 1 Maak groepjes van drie studenten
Stap 2 Leg de kaartje op een stapel klaar
Stap 3 Behandel de vraag per kaartje en bespreek samen wat je zou doen
Stap 4 Noteer in steekwoorden wat jullie als oplossing hebben bedacht
Stap 5 We bespreken samen de oplossing 


Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vertel?!

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat hebben we gedaan
Rouw en verlies
Jouw taak als zorgverlener
Omgaan met verschillende communicatieve houdingen en vaardigheden​
 


Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zorgvragers begeleiden bij een verlieservaring
Hoe doe je dat?

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fases van rouw?

Slide 17 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Fase 1: ontkenning
Deze fase geeft aan dat men in eerste instantie ontkenning voelt van het slechte nieuws. Het verlies is te groot. Hierdoor gaan mensen ontkennen dat hun dierbare is overleden of dat ze afscheid moeten nemen van dat waar ze van hielden.

Slide 19 - Tekstslide

Wat zou je kunnen doen in deze fase?

Ontkenning is een afweermechanisme. 

Dit gedrag geeft iemand de gelegenheid om de waarheid gedoseerd tot zich te laten komen. Aan het einde van deze fase gaat de persoon op zoek naar de feiten, de waarheid, de schuldige.
Fase 2: woede
Als de waarheid tot iemand is doorgedrongen ontstaat er vaak boosheid. De onzekerheid kan woede oproepen. Onder de woede lig de pijn. In deze fase wil men ook het gevecht aangaan.

Slide 20 - Tekstslide

Vaak richt de woede zich ook (ten onrechte) tegen de brenger van het nieuws.

Hierbij komen gedachten naar boven als: "Waarom ik?", "waarom nu?", "zoveel", "dit is discriminatie". Ook gedachten van wraak.

Soms probeert men de schuld ook iemand in de schoenen te schuiven; 
Doktoren, hulpverleners advocaat enz
Door zich druk te maken over de schuldvraag ontwijkt men ook het gevoel van verlies en verdriet. 
Fase 3: onderhandelen
Deze fase, de derde fase noemt men ook wel de onderhandelingsfase. Deze fase wordt omschreven als de fase waarin men nog hoop heeft op herstel.

Slide 21 - Tekstslide

Als de verliezer merkt dat protesteren en boosheid niet helpt kan men proberen het verlies te verwerken door zich doelen te stellen of beloften te doen. 

Dit kan vele vormen aannemen, bijvoorbeeld de eigen dood uit te stellen tot een kleinkind is geboren. Terugkeer uit Afghanistan waarna oma overleed. 
Fase 5: aanvaarding
Deze vijfde fase gaat het om accepteren. De acceptatie van het verlies en aanvaarding neemt tijdens de vijfde fase toe. De realiteit komt langzaam aan onder ogen. De waarheid is soms heel moeilijk te aanvaarden, uiteindelijk kan het verlies een natuurlijke vorm aannemen.

Slide 22 - Tekstslide

Na verloop van tijd ziet de persoon in dat de waarheid niet te bestrijden is en accepteert hij het verdriet. 

Iemand met een terminale ziekte kan in deze fase bijvoorbeeld met een zekere rust afscheid nemen en iemand die een geliefde heeft verloren, kan weer proberen nieuwe contacten te leggen en plannen te maken voor een leven zonder de geliefde. 
Fase 4: depressie
Wanneer de realiteit geaccepteerd wordt komen gevoelens van verdriet, spijt, angst, schuld en onzekerheid naar boven. 
Onder het verdriet ligt vaak boosheid en woede. Onderdrukte woede zou een oorzaak van depressie kunnen zijn.

Slide 23 - Tekstslide

De persoon sluit zich ook af voor communicatie, bijvoorbeeld door weg te lopen, de telefoon er op te gooien, zich ziek te melden, in een donker hoekje te gaan zitten.


Slide 24 - Video

Deze slide heeft geen instructies

regulatie van emoties
Het reguleren van emoties betekent dat je om kunt gaan met je eigen emoties. Hierbij is het belangrijk:​

Dat emoties er mogen zijn;​
Dat je een manier beheerst om deze emoties te uiten;​
Dat je weet wat je moet doen als je je emoties niet of niet op een passende manier kunt uiten.


Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn emoties?
A
emotie is dat je blij bent
B
emotie is een gevoel, het kan blij, boos, bang of verdrietig zijn
C
emotie is dat je huilt bij een film of programma
D
emotie is dat het onderwerp van een programma zielig is

Slide 26 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Aan welke emoties kun je denken?
A
Boosheid
B
Verdriet
C
Schaamte
D
Angst

Slide 27 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar heeft de ouder wordende mens vaak last van?
A
minder kunnen door ouderdomskwalen
B
vaker ziek
C
overlijden geliefden
D
geen idee

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

oefenen met hanteren van emoties
Pak in je omgeving een symbolisch voorwerp. Dit voorwerp moet symbool staan voor een periode van verlies of rouw ​

Bijv. een foto van je overleden oma of een ketting die je hebt gekregen van je beste vriendin die is geëmigreerd, een verloren huisdier etc

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

oefenen in omgang met emoties
Je vormt 2-tallen, student A en student B​

Student A vertelt over het symbool en het verlies student B luistert, in stilte​
Na 1 minuut stopt de tijd. Student B geeft een vriendelijke reactie en vat samen. Er is ruimte voor student B om vragen te stellen.​
Hierna wisselen de rollen.


Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Mensen die ouder worden hebben vaak veel meer verlieservaringen meegemaakt dan jongeren
A
waar
B
niet waar

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Link

Deze slide heeft geen instructies