wk. 6 Spelling Cursus 6, par. 5/6.

Welkom 
Nederlands

Je legt klaar:

lesboek, schrift,
etui
laptop log in bij de les

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom 
Nederlands

Je legt klaar:

lesboek, schrift,
etui
laptop log in bij de les

Slide 1 - Tekstslide

Planning periode 2
week 6:  Grammatica ZD / Spelling par. 5/par.6
week 7: Grammatica ZD / Spelling
week 8:  voorjaarsvakantie
week 9: Toets Grammatica en Spelling

Slide 2 - Tekstslide

Lesplanning
  • Instructie: Spelling  Meervouden
  • Oefening 
  • Aan het werk!
  • Titel leesboek!

Slide 3 - Tekstslide

Doelen


Aan het einde van deze les:

  • kan je woorden in het meervoud op -en, -s of 's goed spellen

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

even  oefenen ...

Ben je ingelogd in de les?

Slide 6 - Tekstslide

Wat is het meervoud van sticker?
A
Stickeren
B
Sticker's
C
Stickers

Slide 7 - Quizvraag

Wat is het meervoud van vakantie?
A
Vakantie's
B
Vakanties
C
Vakantieën

Slide 8 - Quizvraag

Wat is het meervoud van echo?
A
Echos
B
Echo's
C
Echoën

Slide 9 - Quizvraag

Wat is het meervoud van taxi?
A
Taxi's
B
Taxiën
C
Taxis

Slide 10 - Quizvraag

Wat is het meervoud van touw?
A
Touw's
B
Touwen
C
Touws

Slide 11 - Quizvraag

Wat is het meervoud van kaas?
A
Kasen
B
Kazen
C
kaas's

Slide 12 - Quizvraag

Wat is het meervoud van druif?
A
Druifen
B
Druifs
C
Druiven

Slide 13 - Quizvraag

Wat is het meervoud van ijslolly?
A
Ijslollys
B
Ijslolly's
C
Ijslollyën

Slide 14 - Quizvraag

Wat is het meervoud van menu?
A
Menu's
B
Menuën
C
Menus

Slide 15 - Quizvraag

Kortom:
1. Een meervoud maak je met -s, -en of 's.
2. Gebruik -'s als je het woord anders uitspreekt en na -Y.
3. Soms moet je nog iets veranderen:
Druif - druiven
Kaas - kazen



Slide 16 - Tekstslide

Huiswerk vrij.14 februari
Spelling Cursus 7
BK: par. 5
KT : par. 6
Maak alle opdrachten.
Bij een score <80%, laat je de opdracht weer open zetten.

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Link