NT2 :123, 321 en omdat

3 2 1 zinnen
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

3 2 1 zinnen

Slide 1 - Tekstslide

DOEL
Je begrijpt wat een 321(3) zin is en hoe je deze maakt.
Jebegrijpt hoe ' omdat' gebruikt wordt en de zin verandert
Je weet waar je op moet letten in de woordvolgorde bij de 321 zin En de omdat - zin
Je oefent met 321 (3)- zinnen.
Je oefent met omdat- zinnen

Slide 2 - Tekstslide

wat is 1, wat is 2 en wat is 3?

Slide 3 - Open vraag

Antwoord:
1= persoon, ding of dier.
2= werkwoord
3 = de rest van de zin
(soms heb je twee keer 2, of twee keer 3 )

Slide 4 - Tekstslide

maak een 123 zin:

Slide 5 - Open vraag

maak van deze zin een 321(3) -zin:
Ik werk vandaag in Alkmaar.

Slide 6 - Open vraag

Antwoord(in 2 delen)
A) Ik werk vandaag in Alkmaar is 1,2,3
Ik =1
werk = 2
vandaag = 3
in Alkmaar = 3

Slide 7 - Tekstslide

B) de 321 zin:
Vandaag werk ik in Alkmaar.
Vandaag= 3
werk = 2
ik = 1
in Alkmaar - 3

Slide 8 - Tekstslide

maak een 321-zin:
Wij wonen twee jaar in Amsterdam

Slide 9 - Open vraag

Mijn kinderen spelen vandaag op straat.

Slide 10 - Open vraag

De koffie staat nu op de tafel.

Slide 11 - Open vraag

De hond eet iedere dag vlees

Slide 12 - Open vraag

De les is op dinsdag in Rotterdam

Slide 13 - Open vraag

bekijk de zinnen:

Ik ga naar bed, omdat ik slaap heb.
Wij wonen in de stad, omdat daar meer te doen is.
Hij gaat met de trein naar zijn werk, omdat hij niet van auto's houdt.

WAT GEBEURT ER MET DE WOORDVOLGORDE?

Slide 14 - Tekstslide

Bij een zin met OMDAT:
*krijg je een komma: ,
*de komma zet je VOOR het woord OMDAT.
*het werkwoord zet je als laatste woord in de zin

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Link