Par. 1.4 Opkomst van machtige vorsten

Opkomst Machtige Vorsten
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Opkomst Machtige Vorsten

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoel
1. Wat was het absolutisme?
Op welke wijze wilden de vorsten de macht in de staat verdelen?

2. Welke rechten en plichten hadden in het absolutisme de vorst, het parlement en de onderdanen?

3. In welke twee staten had het parlement veel meer macht dan in andere Europese staten?

Slide 2 - Tekstslide

Vroegmoderne tijd
Rond 1500 stopt de tijd van de middeleeuwen en begint de vroegmoderne tijd: de periode tussen 1500 - 1800.
Het was een tijd van grote veranderingen.

Slide 3 - Tekstslide

Het absolutisme ontstaat (1)
  • Late Middeleeuwen: de macht van de vorsten nam toe! 
  • De paus moest erkennen dat hij niet genoeg macht bezat om de vorsten te kunnen afzetten en/of andere politiek te voeren. 


In de meeste Europese staten ontstond een regering door één man!

Slide 4 - Tekstslide

Het absolutisme ontstaat
= regeringsvorm, waarin ervan wordt uitgegaan dat de koning door God is aangesteld en alle macht in handen heeft.
De onderdanen moesten hun vorst gehoorzamen zonder vragen te stellen!

Slide 5 - Tekstslide

In Frankrijk...
Lodewijk XIV: een absoluut heerser!


5 jaar oud: koning van Frankrijk (maar
moeder Anne van Oostenrijk en de minister kardinaal Mazarin regeerde in zijn naam als regentes).

Slide 6 - Tekstslide

Droit divin
Het goddelijk recht om te regeren. God had de vorst (koning of koningin) aangesteld om over hun onderdanen te regeren. 

Slide 7 - Tekstslide

"Keep your friends close and your enemies closer"
- Adel in de gaten houden
- Feesten, jachtpartijen, bijeenkomsten.
- De adel was verplicht om bij de wonen.
- Gunsten vragen in de spiegelzaal
- Gunsten krijgen: WAT EEN EER

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

- Het paleis en het park eromheen hebben de plattegrond van een zon die zijn stralen overal heen zendt. 
- Het paleis bezat 226 woningen en dubbel zoveel appartementen voor een persoon. 

Slide 11 - Tekstslide

Adel kregen gunsten, giften en belangrijke functies. 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Zonnekoning
Waarom zon?


L'état, c'est moi!  = De staat, dat ben ik!

Slide 14 - Tekstslide

Vorsten brengen een scheiding aan tussen Kerk en staat:
de KERK

Tot de 13de eeuw had de paus heel veel macht: hij was gekozen door God en had de macht over de wereld gekregen. 

Vorsten hadden hun macht aan de paus te danken en waren aan hem ondergeschikt.

Vorsten werden gekroond door de paus. 
De paus kon vorsten afzetten.  

Slide 15 - Tekstslide

 De vorsten:
  • Zorgen voor een goed bestuur en vechten tegen de heidenen. 
  • Konden afgezet worden door de paus. 
  • Katholieke vorsten wilden een scheiding tussen kerk en staat

Slide 16 - Tekstslide

Scheiding tussen kerk en staat

  • De paus had alles te zeggen over godsdienstige zaken. 

  • De vorsten hadden alles te zeggen over het bestuur van het land, rechtspraak en oorlogsvoering. 


Slide 17 - Tekstslide

Het absolutisme ontstaat (1)
  • Late Middeleeuwen: de macht van de vorsten nam toe! Fransen, Duitse en Engelse vorsten kwamen in conflict met de paus. 

  • De paus moest erkennen dat hij niet genoeg macht bezat om de vorsten te kunnen afzetten en/of andere politiek te voeren. 

  • In de meeste Europese staten ontstond een regering door één man = absolutisme 

Slide 18 - Tekstslide

Het absolutisme ontstaat (2)
Absolutisme: regeringsvorm waarin de koning door God is aangesteld en alle macht in handen heeft. 
  • De koning hoeft geen verantwoording af te leggen tegenover het parlement. 
  • Onderdanen gehoorzamen hem zonder vragen te stellen!

Slide 19 - Tekstslide

Scheiding tussen kerk en staat
Maar... 
  • De vorsten hielden vaak rekening met de wensen van de Kerk. 
  • Geestelijken behielden hun taken in het bestuur van het land. 


Slide 20 - Tekstslide

De macht van het parlement 
  • De adel, de geestelijken en de bourgeoisie (de rijke burgers) zaten in het parlement

  • Met het ontstaan van het absolutisme stelde het parlement steeds minder voor: de vorsten konden zelf beslissen of het parlement bij elkaar kwamen of niet. 
  
  •  Alleen in Engeland en de Republiek had het parlement invloed. 
In het parlement zitten de vertegenwoordigers van de bevolking of een deel ervan. 

Slide 21 - Tekstslide

In Engeland
Koning Karel I

Regeerde zonder het parlement
Hierdoor brak er een burgeroorlog uit en de koning werd onthoofd. 

Slide 22 - Tekstslide

De Republiek der Verenigde Nederlanden


Burgers zetten de koning Filips II af en namen het bestuur zelf in handen. 

Slide 23 - Tekstslide

Afsluiten

1. In welke twee staten had het parlement veel meer macht dan in andere Europese staten?
timer
2:00

Slide 24 - Tekstslide