In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Welkom HA11
Doe je telefoon in het hotel, ga zitten en
pak je wiskunde spullen en laptop.
Ga naar LessonUp.
Slide 1 - Tekstslide
herhalen
Kwadraten en wortels,
kwadratische formules.
Herhaling
Vragen?
Instructie
Aan de slag
Evaluatie
Slide 2 - Tekstslide
Het kwadraat van 8?
A
16
B
64
C
80
D
88
Slide 3 - Quizvraag
Kwadraat van (-3)
A
6
B
9
C
-9
D
-6
Slide 4 - Quizvraag
De grafiek bij een kwadratische formule heet een …
A
hyperbool
B
rechte lijn
C
parabool
D
cirkel
Slide 5 - Quizvraag
Wat zijn de kwadratische formules? A. B. C. D.
y=2x2−9
y=2x−9
y=x2+3
y=x+3
A
A en B
B
A en C
C
B en D
D
C en D
Slide 6 - Quizvraag
Bij het tekenen van een kwadratische formule mag de tabel gaan van x=-2 tot x=2
A
Waar
B
Niet waar
Slide 7 - Quizvraag
Wat is de wortel van 81?
A
9
B
16
C
5
D
11
Slide 8 - Quizvraag
Wat is de wortel van -49?
A
7
B
-7
C
49
D
kan niet
Slide 9 - Quizvraag
Herhaling
Vind je het lastig. Plan dan een startuur.
Kan bij mevrouw de Liefde of mevrouw Nijland.
Herhaling
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag
Evaluatie
Slide 10 - Tekstslide
Leerdoelen:
Ik kan een som herleiden van gelijke termen.
Ik kan een product herleiden waarin letters voorkomen.
Herhaling
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag
Evaluatie
Slide 11 - Tekstslide
Rekenen met letters
Herhaling
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag
Evaluatie
3+3+3+3+3=5⋅3
Slide 12 - Tekstslide
Rekenen met letters
Herhaling
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag
Evaluatie
3+3+3+3+3=5⋅3
Dit kan ook met letters.
Slide 13 - Tekstslide
Rekenen met letters
Herhaling
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag
3+3+3+3+3=5⋅3
Dit kan ook met letters.
a+a+a+a+a=
Slide 14 - Tekstslide
Rekenen met letters
Herhaling
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag
Evaluatie
3+3+3+3+3=5⋅3
Dit kan ook met letters.
a+a+a+a+a=5⋅a
Slide 15 - Tekstslide
Rekenen met letters
Herhaling
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag
Evaluatie
3+3+3+3+3=5⋅3
Dit kan ook met letters.
a+a+a+a+a=5⋅a=5a
Slide 16 - Tekstslide
Rekenen met letters
Herhaling
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag
3+3+3+3+3=5⋅3
Dit kan ook met letters.
a+a+a+a+a=5⋅a=5a
Som van 5 gelijke termen.
Product van twee factoren.
Slide 17 - Tekstslide
Rekenen met letters
Herhaling
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag
Evaluatie
3+3+3+3+3=5⋅3
Dit kan ook met letters.
a+a+a+a+a=5⋅a=5a
Som van 5 gelijke termen.
Product van twee factoren.
We zijn hier aan het herleiden.
Herleiden staat voor korter opschrijven.
Slide 18 - Tekstslide
Herleid:
k+k+k+k=
Slide 19 - Open vraag
Herleiden van producten
Hoe berekenen we het product van getallen met letters?
bijvoorbeeld met de som:
Herhaling
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag
Evaluatie
Stappen
Uitwerking:
Vermenigvuldig de getallen en zet de uitkomst voorop.
3a⋅4b
Slide 20 - Tekstslide
Herleiden van producten
Hoe berekenen we het product van getallen met letters?
bijvoorbeeld met de som:
Herhaling
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag
Evaluatie
Stappen
Uitwerking:
Vermenigvuldig de getallen en zet de uitkomst voorop.
Zet de letters in alfabetische volgorde erachter.
3a⋅4b
3⋅4=12
12ab
Slide 21 - Tekstslide
Herleiden van producten
Hoe berekenen we het product van getallen met letters?
bijvoorbeeld met de som:
De tussenstappen hoef je niet op te schrijven.
Hoe schrijf je zo'n som op?
Herhaling
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag
3a⋅4b
Slide 22 - Tekstslide
Herleiden van producten
Hoe berekenen we het product van getallen met letters?
bijvoorbeeld met de som:
De tussenstappen hoef je niet op te schrijven.
Hoe schrijf je zo'n som op?
Je neemt de som over en schrijft het antwoord erachter.
Herhaling
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag
Evaluatie
3a⋅4b
3a⋅4b=12ab
Slide 23 - Tekstslide
Herleiden van producten
Er zijn een aantal bijzondere gevallen
bij het herleiden van producten.
Herhaling
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag
Evaluatie
0⋅a=0
Slide 24 - Tekstslide
Herleiden van producten
Er zijn een aantal bijzondere gevallen
bij het herleiden van producten.
Herhaling
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag
Evaluatie
0⋅a=0
1⋅a=a
Slide 25 - Tekstslide
Herleiden van producten
Er zijn een aantal bijzondere gevallen
bij het herleiden van producten.
Herhaling
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag
Evaluatie
0⋅a=0
1⋅a=a
−1⋅a=−a
Slide 26 - Tekstslide
Herleiden van producten
Er zijn een aantal bijzondere gevallen
bij het herleiden van producten.
Herhaling
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag
Evaluatie
0⋅a=0
1⋅a=a
−1⋅a=−a
a⋅a=a2
Slide 27 - Tekstslide
Herleid
−9b⋅3a
A
−27ab
B
−27ba
C
27ab
D
27ba
Slide 28 - Quizvraag
Herleid
−2a⋅b
A
-ab
B
2ab
C
ab
D
-2ab
Slide 29 - Quizvraag
Herleid
2c⋅4b
A
6cb
B
6bc
C
8bc
D
8cb
Slide 30 - Quizvraag
Aan de slag
Maak de volgende opgaven:
Basis / midden: 55 + 57 t/m 60
Uitdagende: 55 + 58 t/m 60
blz. 28 t/m 30
Herhaling
Leerdoelen
Instructie
Aan de slag
Evaluatie
Slide 31 - Tekstslide
Ik heb de leerdoelen van deze les behaald. Leerdoelen: Ik kan een som herleiden van gelijke termen. Ik kan een product herleiden waarin letters voorkomen.