Crisis 1 - Introductie en inflatie

Economie - Havo 4 - Crisis
Havo 4

Crisis 1
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Economie - Havo 4 - Crisis
Havo 4

Crisis 1

Slide 1 - Tekstslide

Programma
  • Lesdoel
  • Terugblik
  • Instructie
  • Begeleid oefenen
  • Zelfstandig werken
  • Evaluatie

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoel

> De relatie tussen consumentenvertrouwen, bestedingen en werkloosheid uitleggen.

> Uitleggen waarom deflatie niet goed is voor de economie.

Slide 3 - Tekstslide

Waarom zou ik dit plaatje in de presentatie gebruikt hebben?
Over een lening betaal je rente. (Geld lenen kost geld)
Over spaargeld krijg je rente.

Als de ECB de werkloosheid wil verkleinen, zullen ze de bestedingen van mensen willen stimuleren. Echter hoe meer geld mensen uitgeven, hoe meer er geproduceerd moet worden, hoe meer banen er zijn.

Zij zullen dus de rente verlagen. Dan zal er minder gespaard worden en meer geleend worden. Hoe meer geld mensen hebben, hoe meer ze zullen uitgeven. 

Slide 4 - Tekstslide

Waarom zou ik dit plaatje in de presentatie gebruikt hebben?
Door deze maatregelen neemt de geldhoeveelheid toe. Dat kan leiden tot inflatie.

Inflatie = het stijgen van het algemene prijspeil. Je koopkracht neemt dan af; je kunt dan minder voor je geld kopen.

Het tegenovergestelde van inflatie is deflatie. Hierbij daalt het algemene prijspeil. Nadeel daarvan is dat mensen hun bestedingen zullen uitstellen, omdat ze hopen dat het nog goedkoper zal worden.

Slide 5 - Tekstslide

Zelfstandig werken 
1. Maak opdracht 1.1 tot 1.5 af van de vorige les
2. Maak opdracht 1.6 t/m 1.14 



Slide 6 - Tekstslide

Evaluatie
Je krijgt een aantal vragen over de behandelde lesstof. 

Slide 7 - Tekstslide

Hoe kan weinig vertrouwen in de economie leiden tot werkloosheid?

Slide 8 - Open vraag

Wat is inflatie?

Slide 9 - Open vraag

Waarom is deflatie niet goed voor de economie?

Slide 10 - Open vraag