Werkwoordspelling voltooid deelwoord b4

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Goedemiddag, DB4B!
Wat gaan we doen vandaag?
- Herhaling vorige les
- Werkwoordspelling: voltooid deelwoord
- Quiz: wie kan er het beste spellen?
- Leerdoel behaald?
- Zelfstandig werken

Slide 2 - Tekstslide

Wat weet jij nog van de pvtt en pvvt?

Slide 3 - Tekstslide

In welke tijd staat deze zin?
Toen ik drie jaar was, had ik een konijn.
A
Tegenwoordige tijd
B
Verleden tijd

Slide 4 - Quizvraag

In welke tijd staat deze zin?
Mijn moeder is vandaag heel boos.
A
Tegenwoordige tijd
B
Verleden tijd

Slide 5 - Quizvraag

Aan welk woorden in deze zin kun je zien in welke tijd de zin staat?
Tien jaar geleden hadden ze alleen nog les uit boeken.

Slide 6 - Open vraag

En nu... vul de juiste werkwoordsvorm in.

Slide 7 - Tekstslide

De slang (ratelen) gevaarlijk.

Slide 8 - Open vraag

De timmerman (plaatsen) vorige week een hek bij mijn oma in de tuin.

Slide 9 - Open vraag

(Maaien) jouw opa het gras zelf?

Slide 10 - Open vraag

Ik (wachten) gisteren uren op mijn zusje.

Slide 11 - Open vraag

Celeste (tekenen) vroeger al een paard.

Slide 12 - Open vraag

Het voltooid deelwoord
- Altijd een vorm van zijn/hebben/worden in de zin.
- Begint vaak met ve- of be- of ge-. 
Ik heb geslapen.
Mijn moeder wordt getest
Fatima is gisteren geslagen.

Slide 13 - Tekstslide

Wat is het voltooid deelwoord in deze zin?
Wist je dat ik super lekker geslapen. heb?

Slide 14 - Open vraag

Wat is het voltooid deelwoord in deze zin?
Ik heb een grote fout begaan.

Slide 15 - Open vraag

Hoe schrijf je het voltooid deelwoord?

Slide 16 - Tekstslide

Nu samen...
Ik heb aan de deur (rammelen). 

Maak het woord langer > rammelde / rammelte???

Slide 17 - Tekstslide

Dus: Ik heb gerammeld.

Slide 18 - Tekstslide

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
Ik heb gepraad
B
Ik heb gepraat

Slide 19 - Quizvraag

Wat is hij ontzettend oud (worden).

Slide 20 - Open vraag

Die jongen had zijn huiswerk niet (maken)

Slide 21 - Open vraag

Bij de herkansing had zij haar cijfer zelfs (verdubbelen).

Slide 22 - Open vraag

Tim is vanmorgen naar school (fietsen).

Slide 23 - Open vraag

Nadine was bijna door de afdelingsleider (schorsen).

Slide 24 - Open vraag

Mijn moeder heeft mij vanochtend naar school (brengen).

Slide 25 - Open vraag

Ik had mijn oude wiskundedocent bijna niet (herkennen).

Slide 26 - Open vraag

Ik kan het voltooid deelwoord op de juiste manier schrijven.
Ik kan het zelfs aan anderen uitleggen.
Ja, ik snap het wel zo ongeveer.
Een beetje, ik wil graag nog extra uitleg.
Ik snap er niets van.

Slide 27 - Poll

Wat ga je nu doen?
Hoofdstuk 4 > Taalverzorging 2
Alle opdrachten die voor jou openstaan

Slide 28 - Tekstslide