Column les 4: verschillende vormen en benaderingen

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 13 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Vorige les heb je geleerd...

...op welke manieren je de inleiding en het slot van je column kunt vormgeven.
...dat de eerste en de laatste zin van je column erg belangrijk zijn. 
... welke andere punten beoordeeld gaan worden in je column.

Slide 2 - Tekstslide

De inleiding
  • Originele openingszin & Pakkende inleiding 

  • Begin met een ongebruikelijk detail  
  • Citeer een beroemd persoon
  • Begin met een pakkende anekdote over het onderwerp 
  • Start met een aantal vragen
  • Start met een actualiteit
  • Start met een stukje geschiedenis
  • Start met een voorbeeld


Slide 3 - Tekstslide

Passend slot & Knallende slotzin
Passende afsluiting:

  • Knallende slotzin
  • Een voorspelling
  • Een vraag of meerdere vragen
  • Een aanbeveling, een advies, een aansporing
  • Een samenvatting
  • Een conclusie
  • Een afweging

Slide 4 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...
Aan het einde van deze les weet je ...

... dat je een column op verschillende manieren vorm kunt geven. 

... dat je een column op verschillende manieren kunt benaderen.



Slide 5 - Tekstslide

Columns in verschillende vormen
Vind je het lastig om een column te schrijven? Wellicht helpt dit!
Je kunt een column op verschillende manieren vormgeven. 

  • Dialoog
  • Mijmering
  • Anekdote

Slide 6 - Tekstslide

Column in de vorm van een dialoog
‘Nou,’ zegt ze. ‘Ik hoorde je net praten over afvallen. Maar ik vraag me dan af waarom je niet gewoon een salade eet.’ Ja, dit moet iemand van Theater zijn. Ze heeft een vershoudbak bij zich met daarin hüttenkäse, radijs en alfalfa. Ze eet het met een vork. ‘Je moet überhaupt geen brood eten,’ zegt ze. Ik wil er serieus op ingaan, maar ik doe het niet. Ik glimlach. ‘Wacht,’ zeg ik. ‘Ik ga het even noteren.’ Ik pak mijn agenda. ‘Het is helemaal niet zo moeilijk. Je moet gewoon je gezond verstand gebruiken.’ ‘Ja,’ zeg ik. ‘En hoe doe je dat precies?’ ‘Gewoon niks eten wat je oma niet als voedsel zou hebben herkend.’ ‘Ik denk niet dat mijn oma hüttenkäse en alfalfa als voedsel zou herkennen. Maar goed, ik heb ook heel oude ouders.’ ‘Nou ja,’ zegt ze. ‘Bij wijze van.”

Slide 7 - Tekstslide

Column in de vorm van een mijmering
We hadden de hele reis door teruggeblikt. Om en om anekdotes gedeeld van het afgelopen jaar, momenten waar we gelukkig waren geweest, herinneringen die we hadden gemaakt. We zijn nog in de fase dat alles wat we doen pril lijkt, dat elke herhaling een bevestiging is van een Groot Vermoeden. We zijn vissers op de beste hengeltrip van hun leven. We hebben iets aan de haak geslagen, maar weten nog steeds niet goed hoe groot dat spartelende dier aan onze lijn is. We halen elkaar langzaam omhoog.

Slide 8 - Tekstslide

Column in de vorm van een anekdote
Gisteren bezocht ik een middelbare school. Het waren twee groepen met 4 en 5 VWO leerlingen, geloof ik. Een rijke, witte school. De leerlingen waren verzameld in de gymzaal en zaten op stoeltjes en banken, begeleid en in toom gehouden door hun lerares Nederlands. Ik vertelde wat ik altijd vertel: over mijn eigen tijd op de middelbare school, en verder vanaf daar, tot nu, vanzelfsprekend toegespitst op dit schrijfgedoe.
Hoe ik altijd achterin de klas zat, ongeïnteresseerd, vaak stoned, en de logo’s van punkbands op mijn agenda en schriften kladde of met een passer in mijn huid kerfde. Hoe ik nooit boeken las. Hoe het nooit in mijn eigen lerares Nederlands zou zijn opgekomen dat ik later schrijver zou worden. (Ik sprak haar een paar jaar geleden omdat ik haar toevallig was tegengekomen in de trein, toen ze me verbitterd vertelde dat kinderen van nu niets meer lezen en totaal verloren zijn. Waarop ik antwoordde: ‘Maar mevrouw B.,  ik was toch ook zo?’)  

Slide 9 - Tekstslide

Je onderwerp benaderen
Je kunt ervoor kiezen om je column vanuit een specifiek persoon en/of een specifieke situatie te benaderen. (thema bijvoorbeeld oorlog)

  • Hulpverlener
  • Jezelf
  • Willekeurig persoon
  • Vanuit de minister/een president

Slide 10 - Tekstslide

Verschillende benaderingswijzen
Thema: oorlog
  • Benadering vanuit een hulpverlener: hoe zou het zijn om daar als hulpverlener bij te zijn   (geweest)?
  • Benadering vanuit willekeurig persoon: hoe zou het zijn om dat te hebben meegemaakt?
  • Benadering vanuit mijzelf: hoe is het voor mij? Wat doet het met mij dat dit gebeurt/is   gebeurd?
  • Benadering vanuit de politiek: hoe wordt er door de verschillende leiders gebruik/misbruik van gemaakt?

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht
Stap 1: Gebruik het onderwerp dat jouw rij op de plattegrond heeft gekregen.
Stap 2: Vraag jezelf af wat dit onderwerp op dit moment met jou doet. (ergens mee eens/oneens?)
Stap 3: bedenk hoe je dit onderwerp bespreekbaar wilt maken.(benaderingswijze)
Stap 4: Begin met schrijven. (nadat je de vorm hebt gekozen dialoog, mijmering, anekdote)

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht
Denk aan:
- Keuze inleiding/ keuze slot
- Knallende openingszin en slotzin  + sandwichmethode!
- Beeldspraak/ stijlfiguren (zeker 3x)
- Schrijfdoel (mening/ amuseren)
- Hoofdletters, leestekens, spelling, zinsbouw
- Titel nieuwsgierigmakend
- ongeveer 300 woorden

Slide 13 - Tekstslide