Pak alvast je boek (deel 1), je schrift, je GR en een pen.
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4
In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 40 min
Onderdelen in deze les
Welkom
Pak alvast je boek (deel 1), je schrift, je GR en een pen.
Slide 1 - Tekstslide
Aan het einde van de les
... hebben we kort herhaald wat we voor de toetsweek hebben gedaan.
... kan je bij telproblemen herkennen of het een vraag met of zonder herhaling is
... kan je telproblemen met en zonder herhaling juist uitrekenen.
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Je laat de schijven hiernaast één keer draaien en telt de uitkomsten op. In de situatie hiernaast is de som 10. Op hoeveel manieren krijg je dat de som 8 is?
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 5 - Quizvraag
De somregel en de vermenigvuldigingsregel
Slide 6 - Tekstslide
Hoeveel uitkomsten zijn er met drie keer geel?
Slide 7 - Open vraag
Tellen met of zonder herhaling
Zonder herhaling: je mag iets niet vaker dan één keer gebruiken
Met herhaling: je mag iets vaker dan één keer gebruiken.
Slide 8 - Tekstslide
Tellen zonder herhaling
Een bestuur van acht personen kiest uit hun midden eerst een voorzitter, dan een secretaris en ten slotte de penningmeester.
Slide 9 - Tekstslide
Tellen met herhaling
In Nederland zijn er nummerborden met twee cijfers - twee letters - twee letters, bijvoorbeeld 76-KJ-KR.
De klinkers A, E, I, O en U zijn niet toegestaan.
Slide 10 - Tekstslide
Bij een bedrijf krijgt elk artikel een code. Men gebruikt hiervoor de letters a, b, c, d en e. Hoeveel drie-lettercodes zijn er mogelijk als herhalingen zijn toegestaan.
A
125
B
60
C
243
D
3125
Slide 11 - Quizvraag
Bij een bedrijf krijgt elk artikel een code. Men gebruikt hiervoor de letters a, b, c, d en e. Hoeveel drie-lettercodes zijn er mogelijk als herhalingen NIET zijn toegestaan.
A
125
B
60
C
145
D
80
Slide 12 - Quizvraag
Bij een bedrijf krijgt elk artikel een code. Men gebruikt hiervoor de letters a, b, c, d en e. Hoeveel codes zijn er mogelijk als het bedrijf gebruik maakt van een twee-lettercode zonder herhaling óf een drielettercode met herhaling?
A
125
B
60
C
145
D
3125
Slide 13 - Quizvraag
Aan de slag!
Huiswerk: 23, 25, 26, 27, 29, 30, 31
Belangrijk is dat je jezelf voordat je gaat rekenen altijd afvraagt of het een telprobleem met herhaling of zonder herhaling is.