H4.2 2A Begrijpend lezen Deel 1

H4.2 2A
Activerende tekst 
Beeld en opmaak
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

H4.2 2A
Activerende tekst 
Beeld en opmaak

Slide 1 - Tekstslide

Activerende tekst

Slide 2 - Woordweb

Noem enkele activerende tekstvormen

Slide 3 - Open vraag

Theorie (activerende tekst)
Belangrijkste doel = activeren / lezer aanzetten tot actie 
Ander doel (bijna altijd) = informeren

Oproep / reclameboodschap = activerend

Tekstvormen: advertentie, affiche (= poster), e-mailreclame, folder, pamflet (= tekst over actualiteit), pop-ups op websites, uitnodigingsbrief

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Je ziet dit op Facebook. Tekstvorm?
A
Advertentie
B
Affiche
C
Pamflet
D
Uitnodigingsbrief

Slide 6 - Quizvraag

Theorie (beeld en opmaak)
Beeld en opmaak / lay-out spelen een grote rol bij vooral reclame.
Doel = aandacht trekken. 

Opmaak = alles wat de schrijver met de uiterlijke vorm van de tekst doet
Bijvoorbeeld: tekstverdeling, lettertype, lettergrootte, kleur, enz.

Beeld = de afbeelding die met de tekst is gecombineerd.
Functies: aandacht trekken / als illustratie / voorbeeld / extra informatie

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Hoe heeft de
schrijver gelet op
beeld en opmaak?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Noem de tekstdoelen van de volgende zinnen in de goede volgorde.
1. Op de A10 bij Amsterdam zijn vanmorgen drie rijstroken gesloten.
2. Elke supermarkt hoort een openbaar toilet te hebben.
3. Twee paar laarzen voor vijf euro. PROFITEER NU!
4. Het is groen en huppelt door de wei. Een dophertje.

Slide 12 - Open vraag

En nu werken jullie!

Slide 13 - Tekstslide