Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
16/12 herhaling woordenschat 123
2C Nederlands
16 december
1 / 20
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
vmbo k
Leerjaar 2
In deze les zitten
20 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
45 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
2C Nederlands
16 december
Slide 1 - Tekstslide
Woordenschat 1 t/m 3
herhaling theorie
Slide 2 - Tekstslide
Theorie
Nog een keer alles doornemen
Slide 3 - Tekstslide
Wat is een synoniem?
Slide 4 - Open vraag
Wat is het synoniem van duo?
A
Alleen
B
Tweetal
Slide 5 - Quizvraag
De woorden bijvoorbeeld en zoals geven een ........... aan
A
voorbeeld
B
synoniem
C
tegenstelling
Slide 6 - Quizvraag
Als je een woord niet kent, dan kun je zoeken naar een bekend woorddeel.
Wat betekent het woorddeel -loos?
A
niet
B
zonder
C
met
D
opnieuw
Slide 7 - Quizvraag
Wat betekent het woord waardeloos?
Slide 8 - Open vraag
Wat is het tegenovergestelde van aantrekken?
Slide 9 - Open vraag
Wat betekent uitgebreid?
A
precies
B
uitleg
C
uitvoerig
D
samen
Slide 10 - Quizvraag
Welke zin in figuurlijk gebruikt?
1. Hij woont in het centrum van de stad.
2. Hij woont in het hart van de stad.
A
1
B
2
Slide 11 - Quizvraag
Wat betekent de volgende uitdrukking?
Zijn mond voorbij praten
A
vlakbij zijn
B
verliefd zijn
C
alles doorvertellen
D
erg boos zijn
Slide 12 - Quizvraag
Als je een figuurlijke bedoeling wilt opzoeken in het woordenboek, dan zoek je op het eerste .....
A
werkwoord
B
lidwoord
C
zelfstandig naamwoord
Slide 13 - Quizvraag
Wat is een zelfstandig naamwoord?
Slide 14 - Open vraag
Welk woord zoek je op in het woordenboek om achter de betekenis te komen?
Goed beslagen ten ijs komen.
A
Goed
B
ijs
C
beslagen
D
komen
Slide 15 - Quizvraag
Welk woord zoek je op in het woordenboek om achter de betekenis te komen?
De bloemetjes buiten zetten
A
bloemetjes
B
buiten
C
zetten
Slide 16 - Quizvraag
Welk woord heeft een voorvoegsel?
A
onterecht
B
huishouding
C
buitenland
D
fietsbel
Slide 17 - Quizvraag
Wat betekent de volgende uitdrukking?
Nog niet jarig zijn
A
alles doorvertellen
B
tevoorschijn komen
C
iets te zeggen hebben
D
grote problemen hebben
Slide 18 - Quizvraag
Wat betekent het voorvoegsel non-
A
met
B
niet, zonder
C
tussen
D
opnieuw
Slide 19 - Quizvraag
Bedenk een woord met het voorvoegsel mis-
Slide 20 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
Overzicht toetsstof Woordenschat
April 2023
- Les met
30 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Woordenschat H. 1 t/m 6
Juni 2020
- Les met
34 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Woordenschat herhaling H1 tm6
Juli 2024
- Les met
23 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 2
Begrijpen wat er staat
Mei 2022
- Les met
16 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Herhalen WS h1, h2 en h3
Oktober 2024
- Les met
12 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Woordenschat
September 2024
- Les met
17 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Woordenschat hs 3 (2)
September 2022
- Les met
25 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Proefles Woordbetekenissen raden, 0F
Juli 2018
- Les met
24 slides
door
SCORE Nederlands vo/mbo
Nederlands
Middelbare school
MBO
Praktijkonderwijs
vmbo, mavo
Leerjaar 1
SCORE Nederlands vo/mbo