Afvalstoffenheffing, rioolrechten, leges (vergoedingen die je betaald voor diensten -> paspoort, rijbewijs, vergunning)
Tekort op begroting:
bezuinigen op uitgaven
geld lenen
Vraag 32
Vraag 34
Slide 3 - Tekstslide
7.3 Burgers, bedrijven en de overheid
Collectieve sector
streeft niet naar winst
moet wel uitkomen met haar geld
dus... begroting maken!!
Vraag 36
Slide 4 - Tekstslide
7.3 Burgers, bedrijven en de overheid
Collectieve sector
* streeft niet naar winst
* moet wel uitkomen met haar geld
* dus... begroting maken!!
Particuliere sector
streeft wel naar winst
hebben te maken met marktwerking (-> aanbieders concurreren met elkaar)
Particuliere sector:
burgers en bedrijven
Slide 5 - Tekstslide
Privatiseren
* niet meer nodig dat overheid de taak zelf uitvoert
* verwachting dat bedrijven dit goedkoper kunnen
7.3 Burgers, bedrijven en de overheid
Vraag 38
Samenvatting
Slide 6 - Tekstslide
7.4 Hoe komt het Rijk rond?
Deze les:
Wat de rijksbegroting is
Wat de gevolgen zijn van een begrotingstekort
Wat voor belastingen je als burger aan het rijk betaald
Draagkracht beginsel
Profijtbeginsel
Slide 7 - Tekstslide
7.4 Hoe komt het Rijk rond?
Belastingen op inkomen, winst en vermogen. Je betaald deze direct aan de overheid. (bijvoorbeeld inkomstenbelasting, loonbelasting (regelt je baas!) en vennootschapsbelasting)
Kostprijsverhogende belastingen. Deze betaal je aan de leverancier en die betaald het aan de overheid. Bijvoorbeeld accijns en btw.
Onder andere inkomsten van het Rijk vallen de sociale premies en de niet-belastingen. Voorbeelden van niet-belastingen zijn aardgasbaten, winst uit staatsbedrijven en boetes.
Begrotingstekort: Er wordt meer uitgegeven dan dat er aan inkomsten zijn.
Begrotingsoverschot: Wanneer de inkomsten hoger zijn dan de uitgaven
Slide 8 - Tekstslide
Directe en indirecte belasting...
Indirecte belastingen
- BTW
- Accijns
Directe belastingen
-Loon en inkomstenbelasting
-Vennootschapsbelasting
Slide 9 - Tekstslide
accijns & subsidie
Accijns: Extra belasting op tabakswaren, olie en alcohol. Doel: Minderen van de consumptie.
Slide 10 - Tekstslide
7.4 Hoe komt het Rijk rond?
Wie heeft de meeste draagkracht?
Slide 11 - Tekstslide
7.4 Hoe komt het Rijk rond?
Draagkrachtbeginsel:
wie in staat is veel te betalen, moet in verhouding ook meer betalen
Slide 12 - Tekstslide
7.4 Hoe komt het Rijk rond?
Profijtbeginsel
Je betaalt als je ergens gebruik van maakt
Voorbeelden: bpm, wegenbelasting
Slide 13 - Tekstslide
Juist of onjuist? De miljoenennota is een toelichting op de rijksbegroting.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 14 - Quizvraag
Een overzicht van de verwachte inkomsten en uitgaven voor het komende jaar.
A
Rijksbegroting
B
Miljoenennota
Slide 15 - Quizvraag
In de miljoenennota wordt een toelichting gegeven op de sociale zekerheid.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 16 - Quizvraag
De miljoenennota is een:
A
uitkering
B
toelichting op de financiële begroting
C
toelichting op de rijksbegroting
D
een briefje van 1 miljoen
Slide 17 - Quizvraag
Loonbelasting is een ... belasting.
A
directe
B
indirecte
Slide 18 - Quizvraag
BTW is een voorbeeld van :
A
directe belasting
B
indirecte belasting
C
rutte belasting
D
alle antwoorden zijn onzin
Slide 19 - Quizvraag
Belasting over inkomen, winst en vermogen is
A
Indirecte belasting
B
Directe belasting
Slide 20 - Quizvraag
Wat is geen directe belasting
A
Inkomstenbelasting
B
Accijns
C
Vennootschapsbelasting
D
Btw
Slide 21 - Quizvraag
Wat is geen directe belasting?
A
Inkomstenbelasting
B
Vennootschapsbelasting
C
BTW
Slide 22 - Quizvraag
Wat is GEEN voorbeeld van directe een belasting.
A
Loonbelasting/ inkomstenbelasting
B
Vennootschapsbelasting
C
BTW
D
Dividendbelasting
Slide 23 - Quizvraag
Bereken directe belasting inkomsten als percentage van totale inkomsten van het rijk.