Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
Relative clauses
Welk woord hoort in de zin?
Students ..... work hard, get good grades.
1 / 21
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Engels
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 3
In deze les zitten
21 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Welk woord hoort in de zin?
Students ..... work hard, get good grades.
Slide 1 - Tekstslide
Welk woord hoort in de zin?
The cookies ..... you baked, are delicious.
Slide 2 - Tekstslide
Welk woord hoort in de zin?
I visited my uncle ..... lives in a different city.
Slide 3 - Tekstslide
Welk woord hoort in de zin?
The movie ..... we saw, won three awards.
Slide 4 - Tekstslide
Betrekkelijke bijzin
Gebruik je als je extra informatie over iets of iemand wilt geven.
In het Nederlands gebruik je:
die
of
dat
De man
die
van zijn fiets viel.
Het pakketje
dat
niet aankwam.
Slide 5 - Tekstslide
Relative clause
In het Engels gebruik je:
who & which
Sam is the boy
who
lives next door.
McDonald's is food
which
I could eat every day.
Slide 6 - Tekstslide
who
which
gebruik bij personen
gebruik bij dieren of dingen
Slide 7 - Tekstslide
whose
Dit woord geeft het bezit aan.
In het Nederlands: waarvan, van wie, wiens, wier
Slide 8 - Tekstslide
Examples
Het meisje
waarvan
de schoen stuk was.
The girl
whose
shoe was broken.
De familie
wiens
huis nieuw was.
The family
whose
house was new.
Slide 9 - Tekstslide
Hoeveel katten heb ik?
I have one cat, which is five years old.
I have one cat which is five years old.
Slide 10 - Tekstslide
My father, ____ used to work as a teacher, is now retired.
A
who
B
which
C
that
D
whose
Slide 11 - Quizvraag
My classmate____has blue glasses, failed his exam.
A
who
B
which
C
that
D
whose
Slide 12 - Quizvraag
For my homework assignment I had to make a drawing, ......also happens to be my hobby.
A
who
B
which
C
that
D
weg
Slide 13 - Quizvraag
Is this the dictionary ____you were looking for?
A
who
B
which
C
that
D
whose
Slide 14 - Quizvraag
My PE teacher, .....also teaches maths, is not at school.
A
who
B
which
C
that
D
whose
Slide 15 - Quizvraag
The English teacher____has curly hair has worked here for four years now.
A
who
B
which
C
that
D
whose
Slide 16 - Quizvraag
My friend is playing Fifa, _____ is my all-time favourite game.
A
who
B
which
C
that
D
whose
Slide 17 - Quizvraag
My neighbour, .....has a scary dog, is not at home.
A
who
B
which
C
that
D
whose
Slide 18 - Quizvraag
I bought the handbag ____ I saw in the shop yesterday.
A
who
B
which
C
that
D
whose
Slide 19 - Quizvraag
The dog ____ was very old, died yesterday.
A
who
B
that
C
which
D
whose
Slide 20 - Quizvraag
quizizz.com
Slide 21 - Link
Meer lessen zoals deze
Relative clauses (ch 3)
March 2021
- Les met
22 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 3
MT3C
April 2022
- Les met
25 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 3
Relative clauses
January 2023
- Les met
29 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 3
Relative clauses
January 2021
- Les met
30 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 3
Hoofdstuk 4
May 2022
- Les met
35 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g, t
Leerjaar 3
Year 4 English lesson on relative pronouns (betrekkelijke voornaamwoorden)
December 2024
- Les met
15 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3,4
Lesson 8. 19/1 (teams les)
January 2021
- Les met
19 slides
Engels
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
Relative clauses
February 2021
- Les met
26 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 3