Aan de slag
Wat: Maak opdracht 1 tm 4 op blz. 11
Hoe: Dit doe je in je schrift
Hulpmiddel: Je leerboek blz. 10
Tijd: Kwartier
Uitkomst: Je weet hoe de situatie was in Indonesië voor Nederland kwam
Klaar: Werk verder in het boek op blz. 13
Ik loop langs voor vragen