In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Nederland en Indonesië
Slide 1 - Tekstslide
Nederland en Indonesië
§ 1 Van vorstendommen tot kolonie
Les 1
Slide 2 - Tekstslide
Feniks, Geschiedenis Werkplaats, Memo, Saga
Slide 3 - Tekstslide
Sleep de punaise naar Nederlands-Indië (Indonesië):
Slide 4 - Sleepvraag
Wie ontdekte de zeeweg naar Indië?
A
Columbus
B
Magelhaen
C
Cortez
D
Vasco da Gama
Slide 5 - Quizvraag
Wie was de eerste Nederlander in Indonesië?
A
Cornelis de Manhout
B
Columbus
C
Cornelis de Houtman
D
Indonesië was al ontdekt
Slide 6 - Quizvraag
Wat zochten Europeanen in de 15e eeuw in het oosten?
A
Slaven
B
Specerijen
C
Grondstoffen
D
Witte stranden
Slide 7 - Quizvraag
Uit hoe veel eilanden bestaat Indonesië?
A
ca 1000
B
ca 5000
C
ca 6000
D
ca 16000
Slide 8 - Quizvraag
Wat wordt er bedoeld met de naam Indië?
A
India
B
Indonesië
C
Aziatische kusten
D
Amerikaanse kusten
Slide 9 - Quizvraag
Leerdoelen
Je kunt culturele, economische en politieke kenmerken noemen van de Indische eilanden vóór de komst van de Nederlanders.
Je kunt beschrijven hoe de VOC handel dreef in Oost-Indië.
Slide 10 - Tekstslide
A. De Indische eilanden vóór 1600
Alle eilanden van Indonesië. Samen ruim 50 keer zo groot als Nederland.
Indonesië is een archipel =
een eilandengroep
Nederlandse kaart van de Molukken, gemaakt rond 1600
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Kaart
Culturele invloeden
Voor de komst van de Europeanen (rond 1600) vormden de eilanden(groepen) van Indonesië geen eenheid.
Vanaf de 2e eeuw kwam op de Indonesische eilanden(groepen) de handel met het vaste land van Azië op gang.
Deze contacten met anderen zorgden voor verschillende culturele invloeden.
Achtergrond:
Batik, symbool van Indonesische identiteit
Slide 13 - Tekstslide
Culturele invloeden
Nieuwe invloeden en gewoonten werden overgenomen uit o.a. India en China. Het hindoeïsme en boeddhismebeïnvloedde de gewoontes.
Taal, religie en schrift werden overgenomen door delen van de Indonesische bevolking.
Vanaf de 16e eeuw werd de Islam de belangrijkste godsdienst.
Bekijk ope volgende pagina de Boeddhistische tempel Borobudur op Java. Gebouwd tussen 750 en 850.
Slide 14 - Tekstslide
Vorsten en sultans
In de loop van de eeuwen ontstonden verschillende staten die bestuurd werden door een (Islamitische) vorst of sultan.
Er waren wetboeken, belasting en er werden oorlogen gevoerd.
Er werd veel handel gedreven, maar de meeste inwoners waren boeren.
Steen van Tugu bij Jakarta met een tekst over koning Puranavarman.
Slide 15 - Tekstslide
B De VOC in Oost Indië
Tot 1596 wisten alleen de Portugezen de route naar Azië over zee.
In 1596 verscheen het eerste Nederlandse schip in de haven van Bantam.
Daarna gingen er al snel meer Nederlandse handelaren naar Azië. Er was veel onderlinge concurrentie!
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Tekstslide
Hollandse kooplieden willen ook de zeeroute ontdekken...
Willem Barentsz probeerde in 1596 langs het noorden. Dat mislukte en kwamen vast te zitten op Nova Zembla
Uiteindelijk lukt het De Houtman om de Oost te bereiken.
Hoe kom je in Indië? Via het noorden of het zuiden?
Slide 18 - Tekstslide
De VOC
Tegen de concurrentie bedacht het bestuur van de Republiek samen met de kooplieden samen een oplossing: In 1602 richtten ze de Verenigde Oost-Indische Compagnie (VOC) op.
De VOC kreeg van de regering een handelsmonopolie: alleenrecht om handel te voeren.
Iedereen kon een aandeel kopen in de VOC. Zo werd de VOC een bedrijf van "alle" Nederlanders. De winst werd verdeeld over alle aandeelhouders.
Slide 19 - Tekstslide
Aandelen
De VOC was de eerste multinational ter wereld.
Iedereen kon aandelen kopen van de VOC. Zo was er altijd voldoende geld beschikbaar.
Voor deze aandelen kregen de eigenaren dividend, zijn deelden in de winst van de VOC
Iedereen kon een aandeel kopen in de VOC. Zo werd de VOC een bedrijf van "alle" Nederlanders. De winst werd verdeeld over alle aandeelhouders.
Slide 20 - Tekstslide
De VOC
De VOC stichtte handelsposten op Java en andere Indische eilanden. Maar ook in India, China en Japan.
De belangrijkste handelspost werd Batavia op het eiland Java.
Prent van Batavia
Slide 21 - Tekstslide
Onderdrukking en geweld
De VOC kreeg van de regering ook het recht om oorlog te voeren, verdragen te sluiten en forten te bouwen.
De Banda-eilanden:
In 1621 dwong de VOC zo de Bandanezen om alleen nog met de VOC te handelen. Toen de Banadanezen toch met anderen bleven handelen werden alle 15.000 bewoners van Banda vermoord of als slaaf verkocht.
Slide 22 - Tekstslide
0
Slide 23 - Video
Nederland en Indonesië
Slide 24 - Tekstslide
Wat is een politiek kenmerk van Indonesië vóór 1600?
Een politiek kenmerk gaat over macht, bondjes of bestuur
A
Bestuurd door Nederlanders
B
Bestuurd door vorst of sultan
C
Democratie
D
Bestuur door Portugezen
Slide 25 - Quizvraag
Welke culturele kenmerken horen bij Indonesië vóór 1600?
Een cultureel kenmerk gaat over: taal, geloof, gebruiken, kunst etc.
A
Mensen waren moslim.
B
Mensen waren christelijk.
C
Mensen waren joods.
D
Mensen waren hindoes.
Slide 26 - Quizvraag
De VOC had een aantal rechten. Wat zijn rechten van de VOC?
A
De VOC mocht oorlog voeren
B
De VOC mocht verdragen sluiten
C
De VOC mocht forten bouwen
D
De VOC mocht als enige handel drijven met Azië
Slide 27 - Quizvraag
Wat is een aandeel?
A
Een stukje van een bedrijf (de VOC)
B
Een goede daad die je verricht
C
Een kist met handelsgoederen
D
Een vrijwillige bijdrage
Slide 28 - Quizvraag
En nu?
- Je maakt eerst een opdracht over JP Coen
- Klaar? werken aan de opdrachten in Memo; paragraaf 1.1 A en B
- Weer klaar? Test jezelf van paragraaf 1
Slide 29 - Tekstslide
C De kolonie Nederland-Indië
Werken op een plantage op Java
Slide 30 - Tekstslide
Leerdoel
Je kunt uitleggen waarom en hoe Nederland zijn macht over Oost-Indië uitbreidde.
Slide 31 - Tekstslide
Nederlands-Indië
In 1798 ging de VOC failliet. De Nederlandse staat neemt dan alle bezittingen, schulden en ook het bestuur van de handelsposten in Oost-Indië van de VOC over.
De overgenomen gebieden werden toen een kolonie van Nederland: Nederland-Indië.
Slide 32 - Tekstslide
Modern Imperialisme
Rond 1800 begon het modern imperialisme:
Europese landen wilden een zo groot mogelijk rijk en veroverden daarom heel veel grondgebied van Azië en Afrika.
Verdeling van kolonies rond 1900
Slide 33 - Tekstslide
Modern Imperialisme
Drie oorzaken modern imperialisme:
Grondstoffen voor de industrie
Afzetmarkt voor producten
Een groot rijk gaf aanzien
Europese cultuur verspreiden
De kathedraal van Jakarta, het Santa Maria Pelindung Diangkat Ke Surga is een groot katholiek kerkgebouw in de Indonesische stad Jakarta.
Slide 34 - Tekstslide
Het KNIL
Nederland richtte het KNIL op om het gebied in Oost-Indië te kunnen uitbreiden.
Koninklijk Nederlands Indisch Leger
Het KNIL veroverde veel eilanden; Nederland noemde dat 'pacificatie'; brengen van vrede.
De bevolking van de eilanden kwam meestal in opstand, maar opstand werd hard neergeslagen.
Slide 35 - Tekstslide
Het koloniaal bestuur
Er was een indirect bestuur in de veroverde eilanden. > Inheemse bestuurders (regenten) bleven op hun plaats om samen met dorpshoofden de bevolking aan te sturen.
De regenten werden aangestuurd door Nederlandse ambtenaren. De hoogste Nederlandse bestuurder was de gouverneur-generaal.
Waarom? Eerdere oorlogen hadden laten zien dat de bevolking beter 'luisterde' naar hun eigen leiders .