In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Zakelijk schrijven
Slide 1 - Tekstslide
Wat is geen goed voorbeeld van zakelijk schrijven?
A
sollicitatiebrief
B
e-mail naar een docent
C
e-mail naar je baas
D
groepsapp 'weekend'
Slide 2 - Quizvraag
Je gaat een klachtenbrief schrijven naar een bungalowpark. Welk taalgebruik gebruik je?
A
Formeel - u
B
Informeel - je
Slide 3 - Quizvraag
Wat zijn NAW-gegevens?
Slide 4 - Open vraag
Woonplaats en datum komen
A
Na de gegevens van de afzender
B
Na de gegevens van de geadresseerde
Slide 5 - Quizvraag
Welk antwoord is goed?
A
Apeldoorn, 13-01-2019
B
Apeldoorn 13 januari 2019
C
Apeldoorn, 13 jan. 2019
D
Apeldoorn, 13 januari 2019
Slide 6 - Quizvraag
Welk antwoord is goed?
A
t.a.v. mevrouw De Vries
B
T.a.v. Mevrouw de Vries
C
T.a.v. mevrouw De Vries
D
T.a.v. Mevrouw De Vries
Slide 7 - Quizvraag
Welk antwoord is goed?
A
Betreft: uitnodiging presentatie
B
Betreft: Uitnodiging presentatie
C
Betreft: uitnodiging presentatie.
D
Betreft: Uitnodiging presentatie.
Slide 8 - Quizvraag
Welke inleiding is goed?
A
Dit artikel schrijf ik, omdat er een discussie in de klas ontstond.
B
Dit artikel schrijf ik omdat, er een discussie in de klas ontstond.
C
Ik schrijf dit artikel, omdat er een discussie in de klas ontstond.
D
Hallo allemaal, dit artikel schrijf ik, omdat er een discussie in de klas ontstond.
Slide 9 - Quizvraag
Hoeveel alinea's moet je zakelijke brief minimaal hebben?
A
2
B
3
C
4
D
5
Slide 10 - Quizvraag
Welk antwoord is goed?
A
Bedankt voor uw medewerking.
B
Bedankt voor Uw medewerking.
C
Bedankt voor u medewerking.
D
Bedankt voor U medewerking.
Slide 11 - Quizvraag
Welke afsluiting bij een zakelijke brief is goed?
A
Met vriendelijke groet,
Naam + Achternaam
B
met vriendelijke groet,
Naam + Achternaam
C
Mvg,
Naam + Achternaam
D
Naam + Achternaam
Slide 12 - Quizvraag
Welk antwoord geeft de juiste volgorde van de conventies (opbouw) van een zakelijke brief aan: 1. plaats, datum 2. jouw adres 3. adres bedrijf 4. betreft 5. aanhef
A
12345
B
21345
C
31245
D
31254
Slide 13 - Quizvraag
Situatie:
Opdracht:
Schrijf de brief van de campingeigenaar, de heer A. van Delden aan de heer R. de Kleine. Lees de casus goed door voor de benodigde gegevens. Als er gegevens ontbreken, verzin je die zelf.
Opdracht staat in Teams (bij bestanden en bij opdrachten)
Slide 14 - Tekstslide
Praat in gedachten met de lezer
Hoe reageert mijn lezer op mijn tekst?
Welke vragen roept mijn tekst bij de lezer op?
Welke emoties heeft de lezer?
Passend aanbod (denk aan eigenaar en aan de klant).
Slide 15 - Tekstslide
Situatie 1:
Opdracht:
Schrijf de brief van de campingeigenaar, de heer A. Worms, aan de heer R. de Korte. Je hoeft de folder (bijlage) natuurlijk niet te maken.
Lees de casus goed door voor de benodigde gegevens. Als er gegevens ontbreken, verzin je die zelf.
Slide 16 - Tekstslide
Situatie 2
Opdracht:
Schrijf de bevestigingsbrief van De Trije Peppels aan De Schans en wel aan de heer G. Beerschot.
(berekening klopt niet!)
Lees de casus goed door voor de benodigde gegevens.
Slide 17 - Tekstslide
Aan de slag!
Taalblokken Bouwsteen 03 (Inleiding, kern en slot): Voorbeeld en theorie, Lezen en Luisteren: