TL Na deze les kun jij het hellingsgetal en het startgetal uit een tabel aflezen. Je leert het startgetal en hellingsgetal bij een lineaire grafiek aangeven.
Maken
TL §5.3 Hellingsgetal en startgetal
Slide 6 - Tekstslide
H5 Formules en vergelijkingen
Leerdoel
BK Na deze les kun jij de oplossing van een vergelijking berekenen.
Je leert hoe je de oplossing van een vergelijking controleert.
Maken
Slide 7 - Tekstslide
apps.noordhoff.nl
Slide 8 - Link
H5 Formules en vergelijkingen
Maken
BK Maak de opdrachten van §5.4 Oplossen en controleren
Slide 9 - Tekstslide
NEDERLANDS
Slide 10 - Tekstslide
Hoofdstuk 5 TOEKOMST
Leerdoel
BK In deze les leer jij over de trappen van vergelijking en als en dan.
TL In deze les leer jij over lastige werkwoorden.
Slide 11 - Tekstslide
apps.noordhoff.nl
Slide 12 - Link
Hoofdstuk 5 TOEKOMST
Maken
BK De opdrachten bij Taalverzorging 3: Vergelijken
TL De opdrachten bij Taalverzorging | Lastige werkwoorden.
Slide 13 - Tekstslide
TECHNIEK
van 10.30 uur tot 12.00 uur
van mevrouw Japenga
Techniek lokaal CSG Bogerman
Slide 14 - Tekstslide
ENGELS
Slide 15 - Tekstslide
Chapter 3 SHOWBIZZ
TOETS
Slide 16 - Tekstslide
NASK
Slide 17 - Tekstslide
NASK Hoofdstuk 8 GELUID
Leerdoel
Na deze les kun je voorbeelden geven van geluidsbronnen.
Na deze les kun je uitleggen hoe je met je stembanden geluid maakt.
Slide 18 - Tekstslide
Geluidsbronnen
Geluid hoor je bijna overal. Geluid kan hard of zacht zijn. Je kunt het mooi of vervelend vinden. Alles wat geluid maakt, noem je een geluidsbron.
Veel geluidsbronnen zijn door mensen gemaakt. Denk maar aan muziekinstrumenten, machines en luidsprekers (afbeelding 1).
Andere geluidsbronnen hoor je in de natuur (afbeelding 2).
Slide 19 - Tekstslide
Je stem als geluidsbron
Met je mond kun je geluid maken. Zeg je de letter ssss, dan blaas je lucht langs je tong. Zeg je de letter ffff, dan blaas je lucht langs je lippen. Voor andere geluiden heb je je stembanden nodig. Je stembanden zitten achter in je keel (afbeelding 3). Met je stembanden kun je klanken maken. Bijvoorbeeld ‘aaaa’, ‘eeee’ en ‘oooo’.
Verschillende geluiden
De stembanden gaan heel snel open en dicht als je geluid maakt. Dit kun je voelen, als je je hand tegen je keel houdt terwijl je “rrrr” zegt. Je voelt dan dat er in je keel iets trilt. Het zijn je stembanden die trillen. Je stembanden gaan trillen doordat je lucht langs je stembanden uitademt. Door hierbij je mond en je tong te bewegen, kun je verschillende geluiden maken.
Slide 20 - Tekstslide
NASK Hoofdstuk 8 GELUID
Maken:
BK De opdrachten 1 t/m 4 die bij 8.1 Geluid maken horen.
TL De opdrachten 1 t/m 6 die bij 8.1 Geluid maken en horen horen.