Uitleg lidwoord (lw) en zelfstandig naamwoord (zn)
Lidwoord: De, het, een
Verkleinwoorden zijn altijd het-woorden. Een kan altijd.
Zelfstandig naamwoord: Mensen, dieren, dingen, planten, woorden waar je de, het of een voor kunt zetten. + eigennamen. Tip: Gebruik altijd een. Dan weet je het zeker.
Eigennamen: Namen van plaatsen, personen, merken, rivieren, landen, continenten etc.
Een lidwoord kan niet zonder zelfstandig naamwoord!