Herhalingsles
1 / 21
Lesduur is: 45 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
De aarde draait om zijn as in...
A
Een seizoen
B
Een jaar
C
24 uur
D
365 dagen
Slide 3 - Quizvraag
Wanneer is welk seizoen op het noordelijk halfrond?
Zomer
Winter
Slide 4 - Sleepvraag
Waardoor krijgt niet elk deel van de aarde evenveel zon?
Slide 5 - Open vraag
Poolstreken
Tropen
Gematigde zone
's zomers lang licht en 's winters lang donker
12 maanden per jaar warm.
Niet te heet en niet te koud
Slide 6 - Sleepvraag
Temperatuurzones = luchtstreken
Tropen
Poolstreken
Gematigde zone
Slide 7 - Sleepvraag
Breedteligging
Hoogteligging
Ligging ten opzichte van de zee
Ligging gebergten
Aanvoer koude of warme lucht ergens anders vandaan
Hoe verder van de evenaar, hoe kouder
Hoe hoger, hoe kouder
Wind of zeestromen
Wel of geen beschutte ligging
Hoe verder van zee, hoe warmer in de zomer en hoe kouder in de winter
Slide 8 - Sleepvraag
Waarom is het gebied wat schuine zonnestralen krijgt kouder? Gebruik: oppervlakte en weg door de dampkring
Slide 9 - Open vraag
Welke situatie klopt?
A
A is warm en B is koud
B
A is koud en B is warm
C
A en B beide even warm
D
A en B beide even koud
Slide 10 - Quizvraag
Hoe hoger je komt, hoe kouder het wordt
A
Juist
B
Onjuist
Slide 11 - Quizvraag
Er zit verschil in de snelheid waarmee de zee afkoelt en de snelheid waarmee het land afkoelt. De zee koelt...
A
Sneller af dan land.
B
Minder snel af dan land.
Slide 12 - Quizvraag
Boven zee:
Boven land
Koelt het snel af
Koelt het langzaam af
Warmt het snel op
Warmt het langzaam op
Lucht kan heel warm of heel koud worden
Slide 13 - Sleepvraag
Een aflandige wind is...
A
Wind die waait vanaf het land
B
Wind die waait vanaf zee
Slide 14 - Quizvraag
Bekijk de afbeelding of kijk op blz. 38. Een aanlandige wind komt van zee en waait steeds verder het land op. In de zomer: Hoe verder het land op, hoe warmer of kouder de wind?
Slide 15 - Open vraag
Aflandige wind
Aanlandige wind
Wind vanaf zee richting land
Wind vanaf land richting zee
In de zomer minder warm
In de winter en zomer kouder
In de winter minder koud
Slide 16 - Sleepvraag
Leg uit. Hoe heeft een zeestroom invloed op temperatuur?
Slide 17 - Open vraag
Waar is het warmer, aan de linkerkant of aan de rechterkant van het Andesgebergte? Leg uit.
Slide 18 - Open vraag
Droog
N
Dalende droge lucht
Dalende droge lucht
Stijgingsregen
Droog
Verdamping
Slide 19 - Sleepvraag
Hoe heet de kant van de berg die uit de wind ligt?
Slide 20 - Open vraag
Leg uit hoe stuwingsregen ontstaat.
