Paragraaf 3: Afval

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t, mavo
• Leerjaar 3

Hoofdstuk 6: Mens en milieu

Paragraaf 3: Afval

Wat gaan we doen?

• Herhaling
• Leerdoelen doornemen
  
• Uitleg paragraaf 3
• Aan het werk!

Herhaling

Wat: Werkblad 'waterbloei'

Hoe: Met je buur, zachtjes overleggen

Tijd: 7 minuten

Hulp: Kijk in je boek/vraag je buur/steek je vinger op

Klaar: Paragraaf 3 lezen

Uitkomst: Werkblad 'waterbloei' is af

Leerdoelen

Aan het eind van deze les kan ik...

• Uitleggen op welke manieren afval wordt verwerkt;
• Uitleggen hoe afvalstoffen in de lucht komen en wat de gevolgen zijn;
• Uitleggen wat het gevolg is van teveel koolstofdioxide in de lucht.

Op welke manieren wordt afval verwerkt?

Afval wordt op 3 manieren verwerkt:

• Nuttige toepassing: denk hierbij aan recycling en hergebruik
• Verbranden: restafval wordt verbrand
• Storten: Een heel klein deel van het afval komt terecht op de vuilstort (vuilnisbelt)
• Onverwerkt afval in het wild heet zwerfafval

Welke afvalstoffen komen in de lucht?

Door het gebruik van fossiele brandstoffen (aardolie/aardgas/steenkool) komt er koolstofdioxide, zwaveldioxide en stikstofoxide in de lucht. 

• Het vrijkomen van deze afvalgassen heet uitstoot. Hierdoor ontstaat luchtvervuiling.

Welke afvalstoffen komen in de lucht?

• Fijnstof: Bevat kleine deeltjes als stof en roet. Sommige deeltjes kunnen schadelijk zijn voor de gezondheid.
• Smog: Als het zonnig en windstil is, ontstaat er smog: uitstoot en fijnstof blijven op dezelfde plaats hangen.
• Verzuring: Door zwaveloxide en stikstofoxide verzuurt het grond- en oppervlaktewater.

Waarom is teveel CO2 een probleem?

Planten gebruiken CO2 bij fotosynthese om glucose te maken.

Dieren eten planten, en krijgen zo koolstof binnen. Door verbranding komt CO2 in de lucht.

Planten nemen deze CO2 weer op en gebruiken dit bij fotosynthese.

Waarom is teveel CO2 een probleem?

Door de verbranding van fossiele brandstoffen komt er meer CO2 in de atmosfeer. 

Door meer CO2 in de lucht, wordt er meer warmte vastgehouden wat leidt tot het versterkte broeikaseffect.

• De aarde warmt dus sneller op dan bij het natuurlijk broeikaseffect.

Aan het werk!

Wat: Paragraaf 1 t/m 3 van hoofdstuk 6

Hoe: Voor jezelf, stilte

Tijd: 15 minuten

Hulp: Kijk in je boek, steek anders je vinger op

Klaar: Nakijken en verbeteren, paragraaf 4 lezen

Uitkomst: Paragraaf 1 t/m 3 van H6 zijn af