... kan je uitleggen wat de functie van de bijvoeglijke bepaling is;
... kan je bvb's herkennen/benoemen in een zin.
Slide 3 - Tekstslide
Even opfrissen
De man fietst snel.
Wat doet 'snel' met de betekenis van de zin?
Hoe noemen we dit zinsdeel?
Slide 4 - Tekstslide
De oude man fietst.
Wat doet 'oude' in deze zin?
Slide 5 - Tekstslide
Bijvoeglijke bepaling
'oude' zegt iets over 'man'
'oude' is een bijvoeglijke bepaling (bvb)
Bvb's zeggen iets over het zelfstandig naamwoord (mens, dier, ding, 'verschijnsel')
Soms één woord, soms meerdere woorden
Kijk mee naar de voorbeeldzinnen op blz. 26
Slide 6 - Tekstslide
Belangrijke kenmerken bvb
Je kunt ze weglaten en dan blijft de constructie van de zin 'overeind' (de zin blijft grammaticaal correct). > Kijk maar naar de voorbeeldzinnen zonder bvb op blz. 26
Een bvb is geen zinsdeel, maar deel van een zinsdeel. Een bvb kan je niet verplaatsen zonder onzin of betekenisverandering > Kijk maar mee op blz. 27
Slide 7 - Tekstslide
Wat is het verschil?
De vrouw op de heuvel werd gefotografeerd.
Op de heuvel werd de vrouw gefotografeerd.
Zin 1: 'op de heuvel' = bvb > gaat over de vrouw
Zin 2: 'op de heuvel' = bwb > gaat over het fotograferen
Slide 8 - Tekstslide
Aan de slag
Opdracht 10: bvb's weg strepen
Opdracht 11: bvb's toevoegen
Klaar? Nakijken
Klaar? Ga alvast door naar opdracht 12 (lees daarvoor de theorie over de pijltjesmethode!)
Niet klaar = huiswerk
Slide 9 - Tekstslide
Even checken
'Het mooie riet ruiste zachtjes in de wind.'
Bwb? Bvb?
'De tuinman loopt naar de tuin.'
Vzv of bwb?
Slide 10 - Tekstslide
Vooruitblik
Volgende les: afmaken bijvoeglijke bepaling en verder met bepaling van gesteldheid (laatste theorie)
Woensdag 27 november: so grammatica zinsdelen Toetsstof = blz. 4 t/m 37, zie magister en classroom