In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
3 TL/Mavo
Hoofdstuk 2 Wat voor consument ben jij?
2.3 Een huur- of een koopwoning?
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen vandaag?
Leerdoelen 2.2herhalen
Uitleg par. 2.3
Zelfstandig aan het werk.
Leerdoelen controleren
Slide 2 - Tekstslide
Leerdoelen 2.2
Wat weet je nog van..
waarom je als consument rechten hebt
welke rechten je als consument hebt
waar je als consument je recht kunt halen
Slide 3 - Tekstslide
QUIZ
waarom je als consument rechten hebt
welke rechten je als consument hebt
waar je als consument je recht kunt halen
Slide 4 - Tekstslide
Wat valt niet onder de Colportagewet?
A
avondje bij de buren waarop een vertegenwoordigster cosmetica verkoopt
B
verkopen tijdens een georganiseerde boottocht
C
huis aan huis verkopen
D
verkopen tijdens een goede doelendag op school
Slide 5 - Quizvraag
Wat is een verzameling van wetten en regels die de consument beschermt bij de aankoop van producten ?
A
consumentenwetten
B
consumentenregels
C
consumentenrecht
D
productregels
Slide 6 - Quizvraag
Geldt het Consumentenrecht ook als je iets koopt via Marktplaats?
A
ja
B
nee
Slide 7 - Quizvraag
Je hebt een abonnement aan de deur gekocht wat je eigenlijk niet wilt. Welke wet kun je hier gebruiken?
A
De warenwet
B
Wet koop op afstand
C
Colportagewet
D
Wet productaansprakelijkheid
Slide 8 - Quizvraag
In de keuken van een restaurant wordt bedorven vlees aangetroffen. Via welke wet kan hier iets aan worden gedaan?
A
De warenwet
B
Wet koop op afstand
C
Colportagewet
D
Wet productaansprakelijkheid
Slide 9 - Quizvraag
Jou via het internet gekochte sneakers passen niet. Van welke wet kun je gebruik maken?
A
De warenwet
B
Wet koop op afstand
C
Colportagewet
D
Wet productaansprakelijkheid
Slide 10 - Quizvraag
Ondanks het KEMA keurmerk krijg je door kortsluiting in je tosti ijzer brand en brandt je huis af. Op welke wet kun jij een beroep doen?
A
De warenwet
B
Wet koop op afstand
C
Colportagewet
D
Wet productaansprakelijkheid
Slide 11 - Quizvraag
Je hebt een ondeugdelijk product ontvangen van een bedrijf via internet. Het bedrijf wil zich niet aan de garantieregels houden. Waar kun je dan het best terecht?
A
de rechter
B
de politie
C
de consumentenbond
D
de geschillencommissie
Slide 12 - Quizvraag
Leerdoelen 2.3
Na deze les weet je ...
wat de woningmarkt is
wat er komt kijken bij het huren van een woning
hoe het kopen van een woning in zijn werk gaat
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Video
Woningmarkt
Bestaat uit de totale vraagnaar woningen en het totale aanbod van woningen.
Huurwoningen
Koopwoningen
een abstracte markt
Slide 15 - Tekstslide
Woningcorporatie
Organisatie die zich richt op bouwen, beheren en verhuren van betaalbare woonruimte.
In het Westerkwartier is dat bijvoorbeeld "Wold en waard"
Als de huur hoger is dan +/- 700,= euro, dan hebben we het over huurwoningen in de vrije sector.
Slide 16 - Tekstslide
Regels bij verhuur
Dwingend recht, mag niet van afgeweken worden:
huurder mag verbeteringen aanbrengen binnen het huis;
als de huurder overlijdt, blijft het huurcontract bestaan;
als de woning wordt verkocht, blijft het huurcontract bestaan;
een huurovereenkomst moet schriftelijk worden vastgelegd.
Slide 17 - Tekstslide
Regels bij verhuur
Aanvullend recht, geldt alleen als er geen andere afspraken zijn gemaakt:
groot onderhoud voor rekening van de verhuurder;
klein onderhoud voor rekening van de huurder;
onderverhuur is toegestaan;
bij kamerverhuur geldt een proeftijd van 9 maanden.
Slide 18 - Tekstslide
Huurtoeslag
Als je inkomen te laag is om huur te betalen dan heb je in sommige gevallen recht op huurtoeslag.
Dit is een bijdrage van de overheid waarmee je een deel van de huur kan betalen.
Belastingdienst
Slide 19 - Tekstslide
Makelaar
Beroep van iemand die helpt, adviseert en onderhandelt bij het kopen of verkopen van een huis.
Je betaalt hier een vergoeding voor.
Slide 20 - Tekstslide
Stappenplan huis kopen
Slide 21 - Tekstslide
Voorlopig
koopcontract
Als koper en verkoper het eens zijn ondertekenen ze beiden een voorlopig koopcontract.
Er staan vaak ontbindende voorwaarden in, dat zijn redenen om zonder kosten van de koop af te kunnen zien.
Koper kan niet genoeg of geen hypotheek krijgen.
Slide 22 - Tekstslide
Kosten koper
Bijkomende kosten als je een huis koopt:
overdrachtsbelasting (ongeveer 2% van de koopprijs)
makelaarskosten
kosten notaris
_________________________________________
= kosten koper(k.k.)
= ongeveer 5% - 6% van de koopprijs
Slide 23 - Tekstslide
Transportakte
Als het voorlopig koopcontract is getekend, stelt de notaris een transportakte op.
Dit is een bewijs dat de woning aan de koper is geleverd.
Als koper en verkoper de akte hebben getekend, dan zorgt de notaris dat de akte in het Kadaster wordt ingeschreven.
Het Kadaster houdt bij wie eigenaar is van alle onroerende zaken.
Slide 24 - Tekstslide
Gemeente belasting
Onroerend zaak belasting (OZB) => percentage van je WOZ-waarde
WOZ- waarde = Wet onroerendzaakbelasting
Rioolbelasting
Hondenbelasting
Slide 25 - Tekstslide
Onroerendzaakbelasting
Een klein gedeelte van de waarde van je huis ( WOZ waarde)
De tarieven voor de onroerend zaakbelasting verschillen per gemeente. De huizenprijzen verschillen ook sterk per gemeente.
Slide 26 - Tekstslide
Boek blz. 53
Gezamenlijk vraag 35
Slide 27 - Tekstslide
Bereken
Bekijk het overzicht van gemeentelijke belastingen.
De familie Broere woont daar, met hun hond Puck. De WOZ-waarde van hun huis is door de gemeente vastgesteld op € 190.000.
Hoeveel betaalt de familie Broere per maand aan gemeentelijke belastingen?
Slide 28 - Tekstslide
Overzicht tarieven gemeentelijke belastingen
Onroerende zaakbelasting (ozb) 0,129% van de WOZ-waarde