4 OefenQUIZZ Elektriciteit

OefenQUIZZ
H5 ELEKTRICITEIT
@De stroomkring
@Spanningsbronnen
@Schakelingen
@Vermogen en energie
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeNatuurkundeMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

OefenQUIZZ
H5 ELEKTRICITEIT
@De stroomkring
@Spanningsbronnen
@Schakelingen
@Vermogen en energie

Slide 1 - Tekstslide

Een stroomkring is .......
A
Dat er stroom kan lopen van - naar +
B
Dat er stroom kan lopen van x naar y
C
Dat er stroom kan lopen van y naar x
D
Dat er stroom kan lopen van + naar -

Slide 2 - Quizvraag

Welk van onderstaande stof is een geleider?
A
rubber
B
hout
C
lood
D
wol

Slide 3 - Quizvraag

Welk van onderstaande stof is een isolator?
A
zilver
B
papier
C
goud
D
koolstof

Slide 4 - Quizvraag

Vul het ontbrekende woord in:
Met een ........... kun me een stroomkring op een nette manier onderbreken!
A
lampje
B
batterij
C
snoer
D
schakelaar

Slide 5 - Quizvraag

Vul het ontbrekende woord in:
Een ......... is een bron die elektrische energie levert!!!
A
voltmeter
B
spanningsbron
C
amperemeter
D
lampje

Slide 6 - Quizvraag

Vul het intbrekende woord in:
In een batterij wordt ......... energie omgezet in elektrische energie!
A
chemische
B
bewegings
C
elektroden
D
elektrolyt

Slide 7 - Quizvraag

Vul het ontbrekende woord in:
In een dynamo wordt .......... energie omgezet in elektrische energie!
A
chemische
B
bewegings
C
elektrische
D
stralings

Slide 8 - Quizvraag

Spanning wordt gemeten met een ............
A
amperemeter
B
voltmeter
C
stroommeter
D
ohmmeter

Slide 9 - Quizvraag

De spanning van het lichtnet is .......
A
U= 12 V
B
U= 230 V
C
U= 9 V
D
U = 1,5 V

Slide 10 - Quizvraag

Om schakelingen te verduidelijken worden er overzichtelijke tekeningen gemaakt. Hoe noem je zo'n overzichtelijke tekening?
A
serieschema
B
parallelschema
C
schakelschema
D
schakelaar

Slide 11 - Quizvraag

Een serieschakeling is een .....
A
schakeling met vertakkingen
B
schakeling zonder vertakkingen
C
schakeling met één stroomkring
D
meerdere stroomkringen met de batterij

Slide 12 - Quizvraag

Een parallelschakeling is een schakeling....
A
met vertakkingen
B
zonder vertakkingen
C
met één stroomkring
D
met meerdere stroomkringen met de batterij

Slide 13 - Quizvraag

Het symbool voor vermogen is ......
A
W
B
U
C
P
D
I

Slide 14 - Quizvraag

Het symbool voor spanning is ......
A
I
B
U
C
P
D
V

Slide 15 - Quizvraag

Het symbool voor stroomsterkte is .....
A
P
B
U
C
I
D
A

Slide 16 - Quizvraag

De eenheid van stroomsterkte is ......
A
I
B
V
C
A
D
W

Slide 17 - Quizvraag

De eenheid van spanning is .....
A
U
B
W
C
A
D
V

Slide 18 - Quizvraag

De eenheid van vermogen is ......
A
V
B
A
C
W
D
P

Slide 19 - Quizvraag