Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
2HV Chapitre 3 Bron C, G enI
L'imparfait
De imparfait is een verleden tijd die vooral gebruikt wordt in beschrijvingen, verhalen en bij gewoontes.
1 / 30
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
In deze les zitten
30 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
L'imparfait
De imparfait is een verleden tijd die vooral gebruikt wordt in beschrijvingen, verhalen en bij gewoontes.
Slide 1 - Tekstslide
Hoe maak je de vormen van de imparfait?
A
hele werkwoord - er + uitgangen
B
hele werkwoord + uitgangen
C
nous-vorm van de présent - ons + uitgangen
D
nous-vorm van avoir + voltooid deelwoord
Slide 2 - Quizvraag
Wat zijn de uitgangen van de imparfait?
A
ais, ais, ait,ons, ez, ent
B
ais, ais, ait, ions, iez, aient
C
e, es, e, ons, ez, ent
D
ait, ait, ais, iez, ions, aient
Slide 3 - Quizvraag
Vertaal in het Nederlands
il regardait
A
hij keek
B
hij kijkt
C
hij heeft gekeken
D
zij keken
Slide 4 - Quizvraag
Vertaal in het Nederlands
nous écoutions
A
jullie luisteren
B
men luisterde
C
wij luisterden
D
jullie luisterden
Slide 5 - Quizvraag
Zet in de imparfait
tu (gagner)
A
tu gagnait
B
tu gagne
C
tu gagniez
D
tu gagnais
Slide 6 - Quizvraag
Zet in de imparfait
ils (faire)
A
ils faisait
B
ils faisais
C
ils faisaient
D
ils fairaient
Slide 7 - Quizvraag
Zet in de imparfait
vous (être)
A
vous étez
B
vous êtriez
C
vous étiez
D
vous étions
Slide 8 - Quizvraag
Regelmatige werkwoorden op -ir
Présent: eerst de stam = infinitif - ir
daar achter zet je de uitgangen:
je grand
is
nous grand
issons
tu grand
is
vous grand
issez
il/elle/on grand
it
ils/elles grand
issent
Slide 9 - Tekstslide
Zet in de présent
je (finir)
A
je finit
B
je finis
C
je fine
D
je fini
Slide 10 - Quizvraag
Zet in de présent
nous (réfléchir)
A
nous réfléchons
B
nous réfléchisons
C
nous réfléchissons
D
nous réfléchions
Slide 11 - Quizvraag
Zet in de préent
il ( rougir)
A
il rougit
B
il rougissent
C
il rougis
D
il rougissait
Slide 12 - Quizvraag
De passé composé van ww op -ir
hulpww is een vorm van avoir
volt.dw = infinitif - r
Slide 13 - Tekstslide
Zet in de passé composé
tu (choisir)
A
tu es choisi
B
tu as choisir
C
tu as choisé
D
tu as choisi
Slide 14 - Quizvraag
Zet in de passé composé
nous (remplir)
A
nous avons remplé
B
nous avons rempli
C
nous sommes rempli
D
nous avons remplir
Slide 15 - Quizvraag
Zet in de imparfait
vous (choisir)
A
vous choisissez
B
vous choisissiez
C
vous choisisez
D
vous choississiez
Slide 16 - Quizvraag
Zet in de imparfait
elle (grandir)
A
elle grandit
B
elle grandissait
C
elle grandissais
D
elle grandirait
Slide 17 - Quizvraag
Nu jij!
Tu (finir - présent)
Slide 18 - Open vraag
Ils (grandir - présent)
Slide 19 - Open vraag
Il (remplir - présent)
Slide 20 - Open vraag
Nous (réfléchir - passé composé)
Slide 21 - Open vraag
Je ( choisir - passé composé)
Slide 22 - Open vraag
Het persoonlijk voornaamwoord als lijdend voorwerp
Een lijdend voorwerp in een zin vind je door
de vraag:
wie/wat + werkwoord/gezegde + onderwerp
Slide 23 - Tekstslide
Vervangwoord
Het lijdend voorwerp kun je vervangen door:
mannelijk enkelvoud - le
vrouwelijk enkelvoud - la
staan "le" of "la" in de nieuwe zin voor een klinker of stomme h, dan wordt dit l"
meervoud - les
Slide 24 - Tekstslide
Plaats in de zin
Kijk eerst of er in de zin die overblijft,
een infinitief (heel werkwoord) staat.
Zo ja, dan zet je het vervangwoord daar.
Geen infinitief, dan zet je het vervangwoord voor
de persoonsvorm.
Slide 25 - Tekstslide
Tu donnes
le livre
à ton ami?
Slide 26 - Open vraag
Maintenant ils font
les devoirs.
Slide 27 - Open vraag
Il a acheté
une magazine
.
Slide 28 - Open vraag
Nous allons rencontrer
notre idole
.
Slide 29 - Open vraag
Ils ont eu
son autographe
.
Slide 30 - Open vraag
Meer lessen zoals deze
03-04 t/m 10-04 2HV Frans
April 2020
- Les met
35 slides
Frans
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Les verbes en -ir
April 2021
- Les met
41 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Havo 2 ww op -ER-IR-RE in verschillende tijden
Mei 2024
- Les met
29 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Havo 2 oefenen met de werkwoorden op -IR (s15)
April 2023
- Les met
23 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Les verbes partir sortir servir sentir dormir (chap 1) 3 havo
Februari 2022
- Les met
20 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
les verbes H2
Juni 2020
- Les met
16 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Havo 3 ww op -ER-IR-RE in verschillende tijden
Juni 2024
- Les met
35 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Verbes Réguliers
April 2023
- Les met
24 slides
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 2