1.5 Feit, mening, argument en 1.6 aantekeningen maken en samenvatten

Nederlands - 23 september 2024
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1,2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Nederlands - 23 september 2024

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag:

  1. Terugblik vorige week
  2. Theorie 1.5 Feit, mening & argument
  3. Theorie 1.6 Aantekeningen maken en samenvatten
  4. Ballondebat 
  5. Verder met de opdrachten volgens de planning (zie 'taken')

Slide 2 - Tekstslide

Doel van de les
  • Je kunt de kwaliteit van argumenten en redeneringen beoordelen
  • Je kunt de waarde van een tekst inschatten
  • Je weet hoe je belangrijke informatie makkelijker kunt onthouden

Slide 3 - Tekstslide

Terugblik vorige week

Slide 4 - Tekstslide

Noem een feit over deze afbeelding

Slide 5 - Woordweb

Noem een mening over deze afbeelding

Slide 6 - Woordweb

Feiten en meningen

Slide 7 - Tekstslide

Feiten en meningen
Wat gebruik je om een standpunt te onderbouwen?

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

1.6 Aantekeningen maken en samenvatten
Lees de PPT van 1.6 nog rustig even door

Slide 12 - Tekstslide

In Europa is de Derde Wereldoorlog uitgebroken en Nederland is onleefbaar geworden. Het is zaak om zo snel mogelijk Nederland –en eigenlijk heel Europa- te ontvluchten. De VS, Canada en Australië hebben hun grenzen hermetisch dichtgegooid. Naar welk land zou je vluchten?

Maak 4 groepen; elke groep vlucht naar een ander land. Beargumenteer zo goed mogelijk waarom we met z’n allen naar jouw veilige land moeten vluchten.

Ballondebat

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag
Opdrachten maken van lezen, luisteren & kijken 3F
1.5 (Feit, mening en argument) en
1.6 (Aantekeningen maken en samenvatten)

Zie 'taken' in Nu Nederlands

Slide 14 - Tekstslide

Staat hier een feit, mening of argument?

De smartphone is onmisbaar, want heel veel jongeren voelen zich ongelukkig zonder smartphone.
A
feit
B
argument
C
mening

Slide 15 - Quizvraag

Staat hier een feit, mening of argument?

Omdat hij vreemde ideeën heeft.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 16 - Quizvraag

Staat hier een feit, mening of argument?

Om 11.00 uur is de les voorbij. Het is 10.55 uur.
"De les is bijna voorbij."
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 17 - Quizvraag

Staat hier een feit, mening of argument?

Uit onderzoek blijkt dat roken slecht is voor je gezondheid.
A
Feit
B
Mening
C
Argument

Slide 18 - Quizvraag

Stelling
De overheid moet burgers verplichten om 
een warmtepomp aan te schaffen.

Slide 19 - Tekstslide

Argumenten verzamelen
Bepaal eerst of je voor of tegen de stelling bent.
Verzamel informatie over het onderwerp.
Bedenk 3 argumenten voor en 1 argument tegen.
Leg per argument duidelijk uit waarom je voor bent.
Leg uit waarom je tegen zou kunnen zijn.
Weerleg dat argument met een sterk voorbeeld.

Slide 20 - Tekstslide